Rotterdam en Den Haag willen samen de start van de Tour de France organiseren. De steden stellen zich kandidaat voor het 'Grand Départ' van 2024 of 2025. Het is de bedoeling dat de wielerronde dan begint met een proloog in Rotterdam, gevolgd door een etappe van Rotterdam naar Den Haag.
Rotterdam en Den Haag zeggen dat ze de Tourstart willen "gebruiken om inwoners en ondernemers te inspireren en perspectief te bieden in deze moeilijke tijd en een impuls te geven aan de economie en het toerisme". De Haagse sportwethouder Hilbert Bredemeijer noemt het een "licht aan het einde van de coronatunnel". Den Haag wil het peloton bewust niet alleen langs toeristische trekpleisters leiden, maar ook door achterstandswijken "die een impuls van het evenement goed kunnen gebruiken".
De organisatoren van de Tour zijn op 6 mei in Rotterdam, als de coronaregels het toelaten. Dan nemen ze het zogeheten bidbook van Rotterdam en Den Haag in ontvangst.
Rotterdam wil de proloog rond de Erasmusbrug houden. "Een icoon van de stad. Rotterdam is de afgelopen jaren getransformeerd van een lelijk eendje in een witte zwaan. En als we een Nederlandse winnaar willen hebben, mogen de ploegleiders me bellen om over het parcours te praten", aldus de Rotterdamse sportwethouder Sven de Langen.
De rit naar Den Haag is helemaal vlak en zou waarschijnlijk dus in een massasprint eindigen. "De wegen moeten rechttoe rechtaan zijn, er moeten geen bochten in zitten, dat hebben we vaak genoeg mis zien gaan. In Den Haag Zuidwest heb je die wegen en de buurt heeft een 'boost' nodig. Misschien kunnen we bij het Zuiderpark in de wijk finishen. En als je in Den Haag bent, moet je het strand en de zee ook in beeld brengen", zegt wethouder Bredemeijer.
Na het Grand Départ in
Zuid-Holland blijft de Tour mogelijk nog in Nederland. De tweede etappe zou in Limburg kunnen eindigen. Rotterdam en Den Haag hebben contact daarover met het provinciebestuur in Maastricht, maar die rit staat los van het bid.
Rotterdam en Den Haag willen in de komende jaren ook wielerwedstrijden voor vrouwen organiseren. Rotterdam denkt bijvoorbeeld aan de finish van een nieuwe Tour de France voor vrouwen. Veldrijdsters Lucinda Brand en Ceylin del Carmen Alvarado en wielrenster Chantal van den Broek-Blaak komen uit de streek. "Dat is meer dan je van onze mannen kunt zeggen", aldus De Langen.
Daarnaast zouden er wieleractiviteiten op scholen moeten komen. Als daar talenten worden ontdekt, kunnen die in contact worden gebracht met wielerverenigingen. Rotterdam trekt voor het totale project ruim 22 miljoen euro uit, waarvan Den Haag verwacht 6 tot 7 miljoen euro te moeten bijdragen.
De Tour de France startte zes keer eerder in Nederland.