Premier Mark Rutte is teruggekomen op zijn uitspraak van vrijdag dat er geen uitzondering wordt gemaakt voor schaatswedstrijden op natuurijs, mocht de komende vorstperiode daar lang genoeg voor aanhouden. Rutte verklaarde maandag dat er inmiddels overleg is tussen de ministers Grapperhaus en Van Ark, de schaatsbond KNSB en de veiligheidsregio's of het toch mogelijk is voor een beperkte groep topmarathonschaatsers een of meer wedstrijden te organiseren.
Marathonschaatsen is eerder niet aangemerkt als topsport, waardoor er zolang de coronamaatregelen gelden geen wedstrijden kunnen worden gehouden. "We kunnen wellicht leren van het Thialf-regime", zei Rutte, doelend op de langebaanwedstrijden van afgelopen weken die in een zogenoemde bubbel werden gehouden. "Schaatsers en begeleiders, ik schat zo'n 200 man samen, zullen dan wat moeten opgeven wat hun vrijheid betreft, maar ik denk dat ze dat er wel voor overhebben", aldus Rutte.
Afgelopen weekeinde ontstond er met name op sociale media een lobby om de kans op wedstrijden op natuurijs niet te laten passeren. Het laatste NK op natuurijs vond plaats in 2013 en gezien de weersvoorspellingen zou een nieuwe editie wellicht mogelijk zijn. Ook de marathonschaatsploegen meldden zich met een oproep aan de KNSB om de mogelijkheden te onderzoeken.
De bond zei in gesprek te gaan met alle betrokkenen en kreeg maandag van Rutte de bevestiging dat ook vanuit Den Haag wordt meegedacht. "Grote tochten en wedstrijden organiseren gaat niet", begon Rutte, om vervolgens de hoop bij de marathonschaatsers te voeden. "We moeten kijken of de manier waarop bij Thialf met een klein aantal topschaatsers is omgegaan ook toe te passen is bij de marathonschaatsers, wanneer zij op natuurijs uit de voeten kunnen. De betrokken partijen gaan kijken wat er kan en ik hoop u daarover de komende dagen te kunnen bijpraten."
Praten over een Elfstedentocht vond Rutte nog te vroeg. "Los nog van de weersvoorspellingen, want er zou nog heel veel weken vorst nodig zijn. En er is natuurlijk de vereniging De Friesche Elf Steden, die een wedstrijd voor alleen wedstrijdrijders niet vindt zoals het hoort. En wat natuurlijk niet kan is publiek bij wedstrijden."