Schaatser Hein Otterspeer kan op zijn 33ste eindelijk zijn debuut maken op de Olympische Spelen. De schaatser van Reggeborgh eindigde in de 'slachting' op de 1000 meter als derde en mag naar Beijing. "Een jongensdroom voor een oude man", noemde hij het zelf in een eerste reactie bij de NOS, nadat hij zich naar eigen zeggen "op wilskracht" had geplaatst.
Volgens Otterspeer had hij een ware rollercoaster beleefd in de afgelopen dagen. "Negen dagen geleden voelde ik een pijnscheut door mijn lies en ging ik erdoorheen", vertelde hij. "Op de beide 500 meters lukte het niet en in de tweede ging ik opnieuw door mijn lies. Ik wist dat ik 48 uur had. Ik heb twee dagen rustig proberen te bewegen en heb meer tijd op de behandelbank doorgebracht. De artsen zeiden dat het krap zou worden, maar ze gaven vandaag groen licht. Daarom ben ik er vol voor gegaan."
Mentaal was het ook een forse opgave voor Otterspeer, die bij het OKT voor de Spelen van 2014 en 2018 naast de olympische tickets greep. Vier jaar geleden werd hij twee keer nipt vierde. "Je schiet toch weer in de stress. Hoe heeft het zo kunnen zijn, maar uiteindelijk maakt dat niet uit, je moet het hier laten zien. En je weet dat je het opneemt tegen jongens die topfit zijn."
De opluchting was bij Otterspeer van het gezicht af te lezen toen hij na de laatste rit zekerheid had. "Het werd mij weer zo moeilijk gemaakt en ik probeerde goede moed te houden. Ik wist dat het een sleutelrit was. Ik moest mijn ploeggenoot Kjeld Nuis verslaan. Toen dat gelukt was, moest ik nog steeds hopen dat niet iemand een uitschieter had. Ongelooflijk dat het gelukt is."
Naast de eigen vreugde voelde Otterspeer ook de diepe teleurstelling bij ploeggenoot Nuis. "Ik had liever met hem naar de Spelen gegaan, maar ik moest mijn rit winnen. Hij voelde de bui al hangen, zei hij tijdens de laatste rit. Ik probeerde hem nog gerust te stellen. Ik voel de pijn voor hem. Ik ken die pijn en hij ook. Ik hoop oprecht dat hij de 1500 meter pakt. Dat verdient hij ook gewoon."