De schaatsers hebben bij de Olympische Spelen naast het brons gegrepen op de ploegachtervolging. In de strijd om de derde plek waren Sven Kramer, Marcel Bosker en Patrick Roest bij lange na niet opgewassen tegen de schaatsers uit de Verenigde Staten.
Het Nederlandse team had eerder de halve finale verloren van titelverdediger Noorwegen, dat vier jaar eerder op de Spelen in Zuid-Korea ook al te sterk was. Kramer, Bosker en Roest gaven ruim een seconde toe op de Noren. Tegen de Amerikanen Casey Dawson, Emery Lehman en Joey Mantia was het Oranje-trio bijna 3 seconden langzamer.
Nederland wist op het ploegonderdeel dat wordt verreden sinds de Olympische Spelen van Turijn in 2006 slechts één keer goud te halen bij de mannen en vrouwen. Beide teams veroverden de olympische titel bij de Spelen van Sotsji in 2014. Op de Spelen van Pyeongchang vier jaar geleden wonnen de schaatsers brons, net als bij de Spelen van Turijn en van Vancouver in 2010.
Het goud ging naar Noorwegen dat de olympische titel van de Spelen van Pyeongchang prolongeerde. De Noren Hallgeir Engebraten, Peder Kongshaug en Sverre Lunde Pedersen waren in de finale ruim 2 seconden sneller dan de Russen.
Met een meer uitgeruste Roest dacht bondscoach Jan Coopmans het gat met Noorwegen van anderhalve seconde uit de kwartfinales te kunnen dichten. In de halve finale moesten de schaatsers na een snelle opening echter opnieuw tijd prijsgeven. Ook tegen de Amerikanen in de strijd om het brons begon Nederland sneller, maar verloren de schaatsers al snel terrein en bleken de Amerikanen gewoon veel sneller.
Kramer hoopte op de ploegachtervolging zijn vijfde gouden medaille op de Olympische Spelen te veroveren. Die missie mislukte. De 35-jarige Fries komt nog in actie op de massastart, maar op dat onderdeel is hij geen specialist. Kramer heeft nu negen olympische medailles, vier gouden, twee zilveren en drie bronzen medailles. Het brons haalde Kramer allemaal op de ploegachtervolging.