Zwemster Tes Schouten en de zwemmers Arno Kamminga en Kenzo Simons hebben bij de Mediterranean Open Meeting in Marseille voldaan aan de limieten voor deelname aan de Olympische Spelen volgend jaar in Parijs.
De 22-jarige Schouten was op de 100 meter schoolslag als eerste succesvol. Ze won in 1.06,65. Daarmee bleef ze onder de internationale eis (1.06,79). Daarna volgenden Kamminga en Simons haar voorbeeld. Kamminga bleef op de 200 meter schoolslag met 2.09,47 onder de vereiste limiet (2.09,68). Simons noteerde op de 50 meter vrij een tijd van 21,78. De limiet staat op 21,96.
Schouten is met 1.06,09 de houdster van het Nederlands record op de 100 school. Bij de WK kortebaan van eind vorig jaar in Melbourne pakte de schoolslagspecialist zilver op de 100 meter en brons op de 200 meter. Schouten kon daarna twee maanden niet trainen vanwege fysieke problemen, maar in Marseille liet ze zien weer terug te zijn. "Het medisch team van de KNZB heeft topwerk verricht in haar herstel", zegt bondscoach Mark Faber. "Ze doet weer mee op topniveau, zo blijkt."
Ook Kamminga was tevreden. "Het was voor het eerst sinds een jaar weer een goede 200. Ik zag de prestaties van Tes en Kenzo en kon natuurlijk niet achterblijven’’, liet de zilveren medaillewinnaar bij de Spelen in Tokio op deze discipline weten.
Simons was vooral te spreken over zijn optreden in de finale. "Vreemd genoeg was de race in de series het zwaarste. In de finale had ik mijn beste uitvoering’’, aldus de 21-jarige Amsterdammer. "Op de Eindhoven Qualification Meet begin april hoop ik weer stappen te maken."
Per land mogen maximaal twee zwemmers meedoen aan de individuele nummers op de Spelen van volgend jaar.