Vertegenwoordigers van internationale sportbonden, de nationale olympische comité's en de atletencommissie van het IOC hebben een oproep gedaan om Russische en Belarussische atleten "zo snel mogelijk" onder een neutrale vlag toe te laten tot de Olympische Spelen in Parijs in 2024. Dat staat in een persbericht dat is uitgegeven na de twaalfde Olympische Top.
Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) heeft tot dusverre geen duidelijkheid gegeven. Sinds maart klinkt vanuit het hoofdkantoor in Lausanne de boodschap dat dit "op het juiste moment" zal gebeuren.
IOC-voorzitter Thomas Bach benadrukte nogmaals dat atleten uit Rusland en Belarus in het geval van een positief besluit alleen onder strikte voorwaarden mogen deelnemen: het zou enkel gaan om individuele atleten, onder neutrale vlag en aangetoond zonder banden met het leger of veiligheidsorganisaties. Teams zijn niet toegestaan.
Sporters uit Rusland, dat in februari 2022 Oekraïne binnenviel, en bondgenoot Belarus waren lang niet welkom op international toernooien, maar voor individuele sporters worden er al langer uitzonderingen gemaakt in diverse sporten. Het IOC stimuleerde ook atleten uit beide landen onder voorwaarden toe te laten, zodat zij aan kwalificatie-eisen voor de Spelen kunnen voldoen. Een aantal sportbonden ging daarin mee.
Op de besloten bijeenkomst werd, zo bleek uit een persbericht, ook gemeld dat het lang haperende antidopingbeleid in Rusland inmiddels deelname van sporters niet in de weg staan. Zo hebben Russische atleten dit jaar al 10.500 dopingtests moeten ondergaan. Ook de schorsing van het Russische olympisch comité ROC heeft de aanbeveling sporters uit het land toe te laten niet beïnvloed. Het ROC is geschorst na het eenzijdige besluit om de regionale sportorganisaties die onder het gezag van het NOC van Oekraïne vallen als leden op te nemen. Volgens het IOC schendt het ROC daarmee de territoriale integriteit van het NOC van Oekraïne.
In september meldde het Internationaal Paralympisch Comité al sporters uit beide landen toe te laten op de Paralympische Spelen van Parijs. Dat werd gezien als een voorbode van eenzelfde beslissing van het IOC.