De Nederlandse baanwielrensters Laurine van Riessen en Shanne Braspennincx hebben op de Olympische Spelen net naast het brons gegrepen op de teamsprint. Ze verloren op de olympische piste in Izu in de strijd om het brons nipt van de baanwielrensters uit Rusland.
Van Riessen had als eerste Nederlandse atlete een medaille op zowel de Zomerspelen als de Winterspelen kunnen veroveren. De 33-jarige Leidse veroverde als schaatsster olympisch brons op de 1000 meter bij de Spelen van Vancouver. Ze krijgt later deze week nog een kans op de sprint en keirin.
Het Nederlandse duo kwam in de strijd om brons tot 32,504 seconden en was daarmee langzamer dan in de eerste ronde. De Russinnen Dariia Sjmeleva en Anastasia Vojnova waren met 32,252 sneller. In de start maakte Sjmeleva ten opzichte van Van Riessen het verschil. Braspennincx kon dat in de slotronden niet meer goedmaken.
De baanwielrensters uit China veroverden net als bij de Spelen van Rio de Janeiro in 2016 het goud. Shanju Bao en Tianshi Zhong kwamen in de finale tot 31,895. Dat was iets langzamer dan het wereldrecord van 31,804 dat ze eerder op de dag reden, maar sneller dan de 31,980 van de Duitse Lea Sophie Friedrich en Emma Hinze.