Voor turnster Lieke Wevers (32) gaat er geen dag voorbij waarop ze niet aan de Olympische Spelen van komende zomer in Parijs denkt. Wevers turnde zaterdag in Rotterdam haar eerste wedstrijd sinds de Spelen van Tokio. Tijdens de eerste kwalificatiewedstrijd voor de EK was ze na ruim 2,5 jaar afwezigheid gelijk de beste.
"Dit was nog maar het begin", zei Wevers na afloop. "Ik ben heel gemotiveerd om nu door te bouwen naar een nog hoger niveau, wat ik echt nog wel in me heb. Ik denk elke dag aan Parijs", lacht ze. "Het is niet over jaren, maar over een paar maanden. Het is echt te overzien. Ik heb er na deze wedstrijd echt alweer zin in om ervoor te gaan. Maar ik blijf vooral de stapjes zien. Eerst dit, dan dat."
De eerste tussenstop richting Parijs is de Europese titelstrijd in mei. "De eerste EK-kwalificatie was letterlijk de eerste stap. In het EK-team komen is mijn eerste belangrijke doel", zei Wevers, die op 20 april nog een tweede kwalificatie turnt. "De EK is een mooi toernooi, maar uiteindelijk staat alles in het teken van de Spelen. Elke dag zit ik met mijn programma in mijn kop. Hoe kan ik blijven bouwen tot aan Parijs? Daar ben je dagelijks mee bezig."
Wevers turnde bij de laatste Spelen in Tokio de olympische meerkampfinale, maar keerde fysiek en mentaal 'leeg' huiswaarts uit Japan. De turncrisis had ook op haar veel effect gehad. Wevers nam rust, ging als trainster aan de slag in Oslo en kwam er vorig jaar achter dat ze toch nog niet klaar was met turnen. Ook gunde ze zichzelf een beter slotstuk van haar loopbaan. "Dat ik hier weer sta, betekent heel veel voor me. Vooral omdat ik zelf weet hoe diep ik heb gezeten. Hoe diep de dalen zijn geweest en wat ik heb overwonnen om hier überhaupt weer te staan."
De moeilijke tijden heeft ze naar eigen zeggen achter zich gelaten. "Dat heb ik voor mezelf een plekje gegeven. Ik wilde niets daarvan meenemen in dit nieuwe traject. Het enige wat ik meeneem, is de kracht van de overwinningen die ik heb gevoeld na al die tegenslagen. Wat mij het meest waard is, is dat ik dit nog kan doen. Dat ik het allemaal nog een keer kan beleven. Ik ben een liefhebber van de sport, dat staat voorop. Ik doe dit voor mezelf, gun mezelf iets moois. Waar ik ook ontroerd door was, zijn de berichtjes van fans die aangaven blij te zijn dat ik er weer ben. Dat zorgde voor een brok in mijn keel. Op de wedstrijdvloer deel ik mijn liefde voor de sport. Dat zij daarvan kunnen genieten betekent dat we samen iets moois delen."