Wimbledon blijft het enige grandslamtoernooi dat tennissers uit Rusland en Belarus weert. De organisatie van de US Open heeft bekendgemaakt dat tennissers uit die landen ook dit jaar gewoon mogen meedoen, zij het wel onder neutrale vlag vanwege de oorlog in Oekraïne. Het vierde en laatste grandslamtoernooi van het jaar begint op 29 augustus in New York.
De Britse tennisbond maakte eind april bekend dat Russen en Belarussen niet welkom zijn op onder meer Wimbledon, het grastoernooi in Londen dat eind deze maand begint. Dat kwam de Britten op veel kritiek te staan, onder meer van de ATP en WTA. De organisaties van het mannen- en vrouwentennis besloten dat dit jaar op Wimbledon geen punten voor de wereldranglijst te verdienen zijn. Op Roland Garros in Parijs mochten tennissers uit de twee landen die zijn betrokken bij de oorlog onlangs wel meedoen.
Vorig jaar won de Rus Daniil Medvedev op de US Open zijn eerste grandslamtitel. Medvedev, sinds maandag weer de nummer 1 van de wereld, versloeg Novak Djokovic in de finale en hield de Serviër daarmee van zijn 21e grandslamtitel af. De Rus ontbreekt binnenkort op Wimbledon, maar kan wel zijn titel verdedigen in New York.
"Iedere organisatie heeft te maken met unieke omstandigheden, die van invloed zijn op hun beslissingen", meldt de Amerikaanse tennisbond USTA, de organisator van de US Open. "Op basis van onze eigen omstandigheden staat de USTA alle daarvoor in aanmerking komende spelers, ongeacht hun nationaliteit, toe om mee te doen aan de US Open van 2022." De USTA zegt de "niet-uitgelokte en onrechtvaardige invasie van Oekraïne door Rusland" te blijven veroordelen.
Bij de vrouwen zegevierde vorig jaar de Britse qualifier Emma Raducanu op de US Open.