Mathieu van der Poel concludeerde zondag dat hij met zijn zege in Parijs-Roubaix zojuist zijn beste voorjaar ooit had afgesloten. Het was de tweede klassieker die hij dit jaar won, na winst vorige maand in Milaan-Sanremo. "Ik voelde me supersterk, maar deze overwinning is ook het resultaat van perfect ploegwerk", vertelde de kopman van Alpecin-Deceuninck, die zijn Belgische ploeggenoot Jasper Philipsen naar de tweede plaats zag sprinten. "Dat kan niet beter, ik denk niet dat we dat ooit overtreffen."
"Het was een van mijn beste dagen ooit op de fiets", keek Van der Poel terug. "Ik heb ook een paar keer geprobeerd aan te vallen, maar het was lastig om mijn medevluchters achter te laten." Dat was geen wonder want het ging om renners als de Duitser John Degenkolb en de Belg Wout van Aert. "John ging onderuit, het zou kunnen dat ik hem geraakt heb. En Wout reed lek. Ik had het eerst niet door, maar toen ik hem passeerde reed hij opeens wel heel langzaam. Het is pech voor hem en ik denk dat we anders met zijn tweeën naar de finish waren gereden. Nu deed ik dat alleen en zo hard mogelijk."
Met een veilige voorsprong kon hij genieten van zijn rondgang over de wielerpiste van Roubaix. "Het is moeilijk te omschrijven wat ik voelde. Dit is mijn beste klassieke seizoen ooit. Om dat zo af te sluiten is een droom."