De Belg Eli Iserbyt regeert dit seizoen vooralsnog het veldrijden. De crosser van Pauwels Sauzen - Bingoal was zondag in Koksijde de sterkste in de zevende cross om de wereldbeker. Het was al zijn vierde zege in de voornaamste wedstrijdenreeks. Zaterdag had Iserbyt met een overwinning in Merksplas ook al zijn leidende positie in de Superprestige, een andere competitie, verstevigd.
In het zand van de duinen in de Belgische kustplaats liet Iserbyt in de slotfase al zijn concurrenten achter. De strijd om de tweede plaats, wel spannend, werd gewonnen door zijn landgenoot Laurens Sweeck, voor een andere Belg, Toon Aerts. Europees kampioen Lars van der Haar was op de vijfde plaats de beste Nederlander, Corné van Kessel werd zesde. De pas 21-jarige Mees Hendrikx finishte als negende.
Van der Haar was al vroeg in de wedstrijd ten val gekomen maar vond in de tweede ronde weer aansluiting bij een viertal Belgen: Iserbyt, Aerts, Quinten Hermans en Vincent Baestaens. De Nederlander, vorige week winnaar van de wereldbekercross in het Tsjechische Tábor, nam in de derde ronde zelfs de leiding, maar was vanaf de vierde ronde gedwongen tot achtervolgen. Duidelijk werd dat Iserbyt en Aerts het beste door de 'zandbak' van Koksijde ploegden, waarbij de eerste in de voorlaatste ronde al het verschil maakte.
Voor Iserbyt betekende de overwinning in Koksijde al zijn elfde zege van het seizoen. Hij vond het een heel bijzondere. "Ik zei vooraf tegen mezelf dat ik als ik hier win met pensioen zou kunnen gaan. Dan is mijn leven compleet." De liefde voor de badplaats zat er al vroeg in. "We kwamen hier al vanaf dat ik acht jaar oud was. Het was een droom om hier de Duinencross te winnen. Ik voelde me de hele cross goed, al dacht ik in het begin niet dat ik hier de beste zou zijn. Maar ik ben altijd mijn eigen tempo blijven rijden. De conditie is goed, maar daar heb ik ook hard voor gewerkt."