Sabrina van der Sloot maakt zich op voor haar achtste wereldkampioenschap met de waterpolovrouwen. De 32-jarige aanvoerster en oudste speelster van Oranje komt langzaam in de nadagen van haar loopbaan. Ze is daarom al regelmatig bezig met haar leven na de topsport, maar ze wil voorlopig vooral nog van ieder toernooi genieten.
"Ik bekijk het nu per jaar. Maar de Spelen in 2028 in Los Angeles ga ik zeker niet halen. Ik ben 32 en dan ga je toch over kinderen nadenken. Dat is lastig te combineren", zegt Van der Sloot, die zondag met Nederland in de eerste groepswedstrijd in Fukuoka aantreedt tegen Spanje.
Met het oog op de toekomst volgt ze sinds enige tijd een studie cultuurwetenschappen. Eind vorig jaar moest ze hiervoor stage lopen. Doordeweeks verbleef ze in Nederland om ervaring op te doen als geschiedenisdocent en in het weekend vloog ze naar Spanje om te spelen voor haar club. Het was een intensieve tijd met veel vlieguren. "Maar ik vond het echt heel leuk om met iets anders bezig te zijn. Ik was meer dan alleen atleet. Ik weet nog niet of ik docent wil worden, maar ik vind het heel leuk met jongeren te werken."
Van der Sloot speelt sinds 2020 bij haar Spaanse club CN Sabadell. Dit leven heeft haar veel gebracht, maar na de Spelen van volgend jaar keert terug naar Nederland. Ze heeft met haar vriend, oud-waterpolointernational Thomas Lucas, in Gouda een huis gekocht. "Hij begrijpt waar ik mee bezig en dat ik het buitenland wil spelen. Maar het is fijn om straks meer bij elkaar te kunnen zijn."
Als ze stopt als waterpoloster wil ze zeker bij de sport betrokken blijven. De zwembond KNZB probeert veel oud-sporters bij jeugdteams in te zetten. "Dat vind ik een goede ontwikkeling. Wij weten wat er voor nodig is om de top te bereiken en wat je ervoor moet opgeven."
Van der Sloot kan zich wel boos maken over het gebrek aan financiële waardering voor het waterpolo en het grote verschil tussen de mannen en vrouwen. Als ze straks meer tijd heeft, wil ze zich hier voor inzetten. "Ik ben wel een beetje activistisch en we moeten zelf voor de verandering zorgen. Bij mijn club zijn er meiden met twee olympische medailles, maar de mannen verdienen meer. Dat is gewoon scheef. Helaas moeten we nog steeds opboksen tegen oude mannen met een ander wereldbeeld."
Maar voorlopig gaat de focus de komende tijd nog volledig op haar eigen loopbaan. "Af en toe vergeet ik hoe bijzonder is om een WK te mogen spelen. Ik zie nu wel al de opwinding bij de jonge meiden. Dan besef ik dat ik moet genieten van een speciale periode."