De Nederlandse waterpolosters hebben in hun tweede wedstrijd in de superfinale van de World League Italië verslagen. In een bijzonder doelpuntrijk duel won de ploeg van bondscoach Evangelos Doudesis op het Spaanse eiland Tenerife met één goal verschil: 18-17.
Oranje verloor woensdag zijn eerste wedstrijd. Regerend wereld- en olympisch kampioen Verenigde Staten was met 9-6 te sterk voor de Nederlandse ploeg, die op de WK eerder dit jaar het brons veroverde.
De wedstrijd tegen Italië ging behoorlijk gelijk op en beide ploegen scoorden makkelijk; de periodestanden waren 5-4, 5-4, 3-4 en 5-5. Nederland wist in de vierde en laatste periode de voorsprong van één doelpunt steeds vast te houden. Nina ten Broek maakte luttele seconden voor het einde de winnende treffer.
Simone van de Kraats, goed voor drie treffers, werd na afloop uitgeroepen tot beste speelster van de wedstrijd. Lola Moolhuijzen was topscorer bij Nederland met vier doelpunten. Brigitte Sleeking scoorde drie keer.
Nederland en Italië speelden afgelopen zomer twee keer tegen elkaar om het brons op een titeltoernooi. Bij de WK in Boedapest was Oranje met 7-5 te sterk, maar in september op het EK in Split won Italië met 16-13. Canada is vrijdag de volgende tegenstander op Tenerife.
Het is de achtste keer sinds 2004 dat Nederland meedoet aan de Super Final van de World League. Oranje wist twee keer een medaille te winnen: brons in 2015 en zilver in 2018.