Bauke Mollema start zaterdag in zijn elfde Tour de France. Vorig jaar viel hij uit in de dertiende etappe. Deze keer heeft hij al de Giro in de benen. "Maar ik hoop dat ik voldoende hersteld ben", zegt hij. "De eerste dagen in de Tour zullen al veel duidelijk maken."
Mollema won een rit in de Tour de France in 2017, in Le Puy-en-Velay. Verder eindigde hij al eens als zesde (2013) en zevende (2015) in het klassement, maar die ambitie heeft hij intussen opgeborgen. ‘We mikken hier op ritwinst met de ploeg", aldus de kopman van Trek-Segafredo. "Met Mads Pedersen en Jasper Stuyven in de sprints, met Vincenzo Nibali en ik in de bergritten of iets lastiger etappes."
De Nederlander tast een beetje in het duister over zijn vorm na zijn deelname aan de Giro. "Ik heb niet meer gekoerst sinds die Giro", vertelt hij. "Dus mijn voorbereiding op deze Tour is een beetje anders in vergelijking met andere jaren. Er was ook niet veel tijd tussen beide koersen. Meteen na de Giro wilde ik vooral herstellen zodat ik zo fris mogelijk aan de start van de Tour kan verschijnen. Ik heb gewoon veel basistrainingen afgewerkt, met weinig specifiek werk of intensiteit. De laatste tien dagen voel ik me opnieuw goed, maar de koers zelf zal snel duidelijk maken hoe het met me gaat."
Voor Mollema is het intussen zijn elfde Tour de France. "Dat kan al tellen, maar of ik de jonge gasten nog iets kan bijbrengen? Tja, dat weet ik niet. De ploegmaten hebben ook allemaal al een Tour gereden of zelf meerdere, dus veel kan ik hun niet leren. Ik weet intussen wel dat de Tour het allerhoogste is. Er is meer stress, bij de renners, bij de ploeg, er is meer druk van media en fans. Er is meer lawaai langs de kant van de weg, het is ook gevaarlijker koersen. Dat zullen we dit weekend al zien in deze koersgekke regio waar we beginnen, met de vele smalle wegen, listige bochten, pittige hellingen en veel verkeersmeubilair. Het zal er al nerveus aan toegaan en het wordt oppassen."
In de Giro schoof Mollema vier keer mee in de vroege vlucht, maar een ritzege zat er nooit echt in. "Daar baal ik wel van. Want daarvoor was ik naar de Giro gekomen. In veel etappes in het begin van de wedstrijd probeerde ik steeds om in de eerste uren mee te schuiven, maar dat heeft veel kracht gekost, waardoor ik niet meer de benen had op het einde van de etappe. Dat zijn wel dingen die ik onthoud. Maar goed, ik voel me nu opnieuw fris en wil me tonen."
Is hij uit op revanche na zijn valpartij vorig jaar in de dertiende etappe? "Zo zou ik het niet zeggen, maar het is altijd wel ontgoochelend om een wedstrijd op zo’n manier te verlaten. Vooral ook omdat ik me nog bijzonder sterk voelde op dat moment. En dan val je uit en had ik echt wel een zware blessure, één van de ergste uit mijn carrière. Het was toch wel een vrij complexe breuk van de pols en het vroeg veel tijd om te herstellen. Ik probeer daar niet te veel meer aan te denken en wil nu vooral opnieuw een mooie Tour rijden. Een nieuw jaar, dat brengt ook nieuwe kansen met zich mee."