De Nederlandse vrouwenestafetteploeg is er op de WK in het Zuid-Koreaanse Gwangju niet in geslaagd een medaille te veroveren op de 4x100 meter vrije slag. Het kwartet eindigde als vierde in 3.35,32. Kim Busch was startzwemster, daarna volgden Ranomi Kromowidjojo, Kira Toussaint en Femke Heemskerk.
De Australische vrouwen pakten het goud in 3.30,21, het team van de Verenigde Staten won zilver in 3.31,02 en Canada greep het brons in 3.31,78. Ruim 3 seconden daarna tikte Heemskerk als vierde aan. Zij was ook de snelste van het Nederlandse viertal.
Oranje zwom in de ochtenduren in Zuid-Korea in de sterkste opstelling de zesde tijd en daarmee was voor de finale al duidelijk dat een medaille bemachtigen een zware opgave zou worden. Busch zette de ploeg meteen op achterstand met een matige doorkomst van 55,23. Kromowidjojo (52,92) en Toussaint (54,76) slaagden er niet in aan te haken en voor Heemskerk restte weinig anders dan er het beste van te maken. Zij wist nog op te rukken van de zesde naar de vierde plaats met een splittijd van 52,41.
Het is lang geleden dat Nederland op dit onderdeel geen medaille behaalde. Op de vorige WK in Boedapest was er nog brons, vier jaar geleden in Kazan was de kleur zilver. In 2009 en 2011 veroverden de zwemsters zelfs goud op de 4x100 vrij. Ook toen maakten Kromowidjojo en Heemskerk al deel uit van de ploeg.
Kromowidjojo zei na de race dat ze "alles had gegeven", want dat doet ze altijd. "We wisten wel dat we niet vooraan zouden liggen, dus ik heb vooral mijn eigen race gezwommen. Het ging lekker, maar dat we vierde worden is wel jammer. Het gat met de top drie is erg groot", zei ze bij de NOS.