Utrecht lijkt de eerste grote stad in Nederland te worden waar boa’s een hoofddoek of een keppeltje mogen dragen als ze in uniform zijn. Een flinke meerderheid van de Utrechtse gemeenteraad vindt dat de stad moet laten zien dat diversiteit en inclusiviteit hoog in het vaandel staan en dat er op dat vlak grote ambities zijn.
Burgemeester Sharon Dijksma van Utrecht gaat overleggen met de andere drie grote steden, namelijk Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.
Kledingvoorschriften in Nederland
Tot nu toe is in Nederland het zichtbaar dragen van een levensbeschouwelijke of godsdienstige uiting verboden voor mensen in overheidsuniform. In landen als de Verenigde Staten, Engeland, Schotland, Canada en Zweden mag het wel en werkt het prima, aldus DENK, PvdD en Student & Starter.
Aangezien handhavers en toezichthouders als boa’s bij de gemeente in dienst zijn, kan Utrecht de kledingvoorschriften veranderen. Dat moet wel zorgvuldig gebeuren, zodat er geen problemen ontstaan met bijvoorbeeld de grondwettelijke scheiding van kerk en staat. De gemeente kan daarvoor het eerste kwartaal van 2022 gebruiken, aldus de meerderheid van de raad.
Tegenstanders
Toch lijkt niet iedereen het helemaal eens te zijn met deze beslissing. Richard Gerrits, voorzitter van vakbond BOA ACP, is van mening dat het dragen van een hoofddoek of keppeltje onredelijk is. Gerrits zei het volgende tegen NOS; "Wij vinden dat mensen in uniforme beroepen neutraliteit moeten uitstralen. We hebben personeel van allerlei afkomst, maar werken allemaal in hetzelfde uniform." Verder vertelt Gerrits dat boa’s het niet per se nodig vinden om hun levensbeschouwing of godsdienst te uiten tijdens hun werk.