In de spotlight: mentor Astrid de Groot

Astrid de Groot
Astrid de Groot
Foto: Maarten Goes

Toen Astrid de Groot zelf ondernemer was, had ze geen mentor. Dat had ze super fijn gevonden. Inmiddels deelt ze als mentor al jaren haar ervaring en netwerk met startups en ondernemers die flink aan het groeien zijn. Daarnaast is ze angel-investeerder en helpt ze bedrijven waarin ze investeert. “Ik wou dat ik een mentor had gehad. Ondernemer is best wel een eenzaam beroep. Hoe fijn is het als je bij iemand ongegeneerd alles eruit kan gooien?”

Astrid werkt onder andere als mentor via Nlgroeit, een bedrijf dat vanuit de overheid is opgericht, en via The NextWomen, een organisatie ter stimulering van vrouwelijk ondernemerschap. Ze heeft in het verleden twee bedrijven vanaf haar zolderkamer opgezet en inmiddels weer verkocht en heeft de nodige ervaring met het reilen en zeilen van het ondernemen. Nlgroeit heeft als doel om ondernemers te ondersteunen in hun groei om zo de Nederlandse economie te versterken. Iedere mentor doet dit op vrijwillige basis en een ondernemer kan gemiddeld drie mentorgesprekken per jaar aanvragen.

“Het gaat hier om bedrijven die een miljoen omzet hebben en de startup fase voorbij zijn. De ondernemer moet gaan managen en dat kan lastig zijn. Hoe behoud ik het enthousiasme en hoe zorg je er als ondernemer voor dat je niet te ver voor de troepen vooruit loopt? Het gaat hier ook om praktische vragen, zoals over export en hoe je financiers aantrekt om een groei mogelijk te maken. Het zijn voornamelijk mannen die ik via Nlgroeit begeleid.”

Ondernemersvragen

Voor The NextWomen begeleidt Astrid jonge vrouwen die een startup hebben. Daar lopen ondernemers weer tegen andere zaken aan, maar ook hier gaat het om algemene ondernemersvragen. Vragen waar Astrid zelf ook als ondernemer mee geworsteld heeft. Het komt haar allemaal bekend voor. “Ze hebben moeite met structuur en om het opschalen voor elkaar te krijgen. Als je drie man in dienst hebt, lukt het vaak nog wel met de structuur. Maar als dit er vijf of zes worden, vraagt dit iets anders van je. Je moet ervoor zorgen dat iedereen doet wat hij of zij moet doen. Hoe zorg je voor die groei en hoe strak moet je zijn naar je medewerkers? Wat zijn de kwaliteiten van de ondernemer en welke mensen heb je om je heen nodig? Ik vind het ontzettend leuk dat vrouwen elkaar helpen en dat ze meer gaan ondernemen. Het verschil met mannen? Veel vrouwen denken wat kleiner en nemen iets minder risico.”

Zelf had Astrid dus geen mentor, maar ze was wel aangesloten bij de The Entrepeneurs Organization (EO). “Daar heb ik veel aan gehad, want daar kon ik in vertrouwen met andere ondernemers praten over zaken waar ik tegenaan liep. Het bestaat nog steeds en is wereldwijd actief. Je maakt onderdeel uit van een klein groepje mensen, die je intensief leert kennen. Soms vinden er ook faillissementen plaats, dat zijn heftige gesprekken. Altijd heel waardevol, want je kan putten uit elkaars ervaringen.”

Tegenwoordig is het heel populair om een coach te hebben en daar maken ook veel mensen gebruik van. Dat ziet Astrid ook. “Het is niet zo moeilijk om een coach te vinden. Het verschil met een mentor is dat deze praat vanuit ervaring en dat een coach meer een adviserende rol heeft. Ik zie wel dat mensen makkelijker om hulp vragen dan vroeger.”

“Denk groot, maar doe het klein”

Wat geeft Astrid ondernemers mee tijdens haar mentorgesprekken? “Dat je stap voor stap moet gaan; denk groot, maar doe het klein. Maak per week of per maand een plan, dan wordt het niet zo’n grote sprong. Daarbij is het belangrijk dat plannen worden uitgevoerd, dat is vaak het moeilijkste. Vaak blijft het bij plannen. Ik ben iemand die structuren neerzet, dat kan ik goed. Ik ben geen dromer.” Ze krijgt veel energie van het mentorschap en vindt het leuk dat ze van toegevoegde waarde kan zijn voor zoveel mensen. “Ik heb geen enkel belang. Ik kijk naar de persoon, naar de kansen, geef tips, bel die eens. Je ziet dat het werkt, en soms ook niet; de echte dromers die komen praten, maar een stap naar doen blijft voor hen te groot.”

Wat vindt Astrid ten slotte van het recent ingevoerde vrouwenquotum? “Vroeger dacht ik altijd: dat is niet nodig. Het gaat om de kwaliteit van de mensen, we moeten niet willen dat er een quotum komt. Maar als er tien vrouwen aan een tafel kletsen en er komt een man bij zitten, dan hebben de meeste vrouwen daar ook geen zin in.  Dit geldt ook voor het bedrijfsleven. Als er zes mannen in het bestuur zitten, en ze mogen kiezen, dan kiezen ze graag voor dezelfde sfeer en dus een man, volkomen begrijpelijk. Een quotum kan helpen om iets te doorbreken. Het is daarnaast bewezen dat het beter voor  een bedrijf is en voor de economie. En hoe fijn is het als je je doelgroep aan tafel hebt; veel producten en diensten worden gekocht door vrouwen.”