Een huis is om in te wonen, niet om in te beleggen

Foto: Pexels

De woningmarkt zit vast. Er heerst een enorme krapte en opnieuw zijn de verkoopprijzen van huizen in Nederland dit jaar fors gestegen. De gemiddelde online makelaar doet zijn stinkende best om kopers en verkopers tevreden te stellen maar zeker voor starters of eenverdieners is het inmiddels bijna onmogelijk om nog een huis te kopen. Het nieuwe kabinet zal dan ook met structurele verbeteringen van de woningmarkt moeten komen om de boel weer in beweging te krijgen.

En ook volgend jaar zullen de huizenprijzen nog verder stijgen, zo voorspelt de Rabobank in een nieuwe prognose. Naar verwachting valt de gemiddelde verkoopprijs van een woning dit jaar 14,4 procent hoger uit dan vorig jaar. Voor 2022 verwacht de bank een toename van 11,5 procent.

Slecht nieuws voor woningzoekenden

De huizenprijzen zullen volgens de bank volgend jaar het hardst stijgen in de provincie Flevoland, zo’n 20 procent. Ook prijzen in andere regio’s buiten de Randstad stijgen flink door, zoals Oost-Groningen en Zeeland met een verwachte toename van 18 procent.

Voor Amsterdam en omgeving wordt de kleinste stijging voorspeld, namelijk 12 procent. Maar daar blijven de huizenprijzen wel het allerhoogst van heel het land. En de makelaar Eindhoven ziet de huizenprijzen dit jaar met 14 procent stijgen.

De huizenprijzen stijgen volgens de Rabobank zo hard mede door ‘de lage rente, gunstige economische vooruitzichten en prijsopdrijvende prikkels’. Maar ook de krapte op de woningmarkt, het verkoopproces dat lang niet altijd even transparant is en beleggers die zich meer dan ooit op de onroerend goed markt bewegen, drijven de prijzen op. Particuliere kopers leggen het bij het opbieden nu vaak af tegen deze beleggers.

Werk aan de winkel

Ex-minister Kajsa Ollongren schreef al een kamerbrief waarin ze een biedlogboek voorstelt. Kopers kunnen zo inzien hoeveel en wanneer er door anderen is geboden op het huis waar ze belangstelling voor hebben. Hiermee doet ze een concrete oproep aan makelaars om meer openheid van zaken te geven in het verkoopproces van woningen. Haar onlangs doorgevoerde wetswijziging maakt bovendien de invoering van de zogenaamde opkoop-bescherming vanaf 1 januari 2022 in ieder geval mogelijk.

De nieuwe wet betekent dat gemeenten wijken of stadsdelen mogen aanwijzen waar een opkoop-bescherming gaat gelden. Als een huis dan in een van die gebieden van eigenaar wisselt, mag het huis de eerste vier jaar niet worden verhuurd en moet de koper er zelf wonen. Natuurlijk zijn er een aantal uitzonderingen. Zo mogen huizen die al verhuurd werden, verhuurd blijven. En je mag een huis verhuren aan familieleden, zoals je kind, of aan een externe partij als je bijvoorbeeld zelf een tijdje in het buitenland verblijft.

Maar er is ook goed nieuws

Het doel van deze wetswijziging is dat starters zo betere kansen krijgen op de woningmarkt. Ze hoeven op deze manier namelijk niet meer te concurreren met grote of kleine beleggers met diepere zakken. De gemeente Amsterdam was de eerste gemeente die zo’n opkoop-bescherming invoerde. Ook Den Haag werkt aan een plan om er begin 2022 mee te starten. En ook een makelaar in Eindhoven zal beleggers vanaf 1 april moeten wijzen op deze opkoop-bescherming. En dat is dan weer wel goed nieuws voor de gewone Nederlander die op zoek is naar een eigen huis!