Bij de rechtbank in Lelystad vindt woensdag een eerste inleidende zitting plaats tegen de 41-jarige man die wordt verdacht van het voorbereiden van een moordaanslag op tv-presentator Tim Hofman.
De verdachte, afkomstig uit Breda, liep op de avond van 6 september gewapend met onder meer een omgebouwd gaspistool het pand van BNNVARA in Hilversum binnen en zei dat hij Tim Hofman wilde doodschieten. Eerder die dag had hij zich ook al bij de receptie gemeld, maar toen met het verhaal dat hij een handtekening van Hofman wilde hebben. Na het tweede bezoek werd de politie gealarmeerd. Zij arresteerde de man direct buiten het pand.
Hofman deed in oktober aangifte tegen de man en reconstrueerde de gebeurtenissen in een uitzending van zijn programma BOOS. Hij las verklaringen van de verdachte en zei dat deze "naar eigen zeggen" kampt met "mentale problematiek". De verdachte zou hebben gezegd dat hij "namens Al Qaida" kwam, maar dat zou vooral bedoeld zijn geweest om "intimiderend over te komen".
Het zou om een eenling gaan, bekeerd tot de islam. Door Hofman te doden zou hij een signaal hebben willen afgeven aan de samenleving, gericht op "extreemlinkse personen". BOOS bestudeerde ook zijn posts op sociale media. Die kenmerkten zich onder meer door "anti-woke sentiment". Privéproblemen zouden de basis vormen voor tal van "misogyne posts".
Behalve van het voorbereiden van moord verdenkt het Openbaar Ministerie de man van bedreiging en verboden wapenbezit. De beveiliging van het pand van BNNVARA is sinds het incident opgeschroefd.