Tweede Kamervoorzitter Vera Bergkamp vindt niet dat zij haar voorganger Khadija Arib "een mes in de rug" steekt met een onderzoek naar klachten over haar. Arib is woest over dat onderzoek en spreekt van "opnieuw een ‘anonieme’, politieke dolksteek in mijn rug". Volgens Bergkamp is er goed over het onderzoek nagedacht en doet de kritiek van Arib geen recht aan de zorgvuldige werkwijze van de Tweede Kamer.
De kwestie is woensdag besproken door het presidium, een groep Kamerleden verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding van het parlement. "We zijn niet over één nacht ijs gegaan", zegt Bergkamp. Er waren twee anonieme brieven binnengekomen met klachten, waarna contact is gezocht met de landsadvocaat. "De landsadvocaat heeft dringend verzocht een onafhankelijk onderzoek te doen. Wij moeten dat doen vanuit onze rol als werkgever." Met Arib zelf is volgens de voorzitter nog altijd niet gesproken.
Volgens NRC, dat het nieuws over het onderzoek woensdag naar buiten bracht, zeggen de klagers dat Arib een onveilige werksfeer veroorzaakte en "een schrikbewind" voerde. Bergkamp bevestigt dat het onderzoek betrekking heeft op de "sociale veiligheid", maar wilde verder niks kwijt. "Alles wat ik nu zeg over de inhoud, over de timing, wie wist wat, beïnvloedt het onderzoek en dat wil ik niet." De voorzitter zegt dat er nog geen onderzoeksvraag is geformuleerd en dat er ook nog geen onderzoeksbureau is gekozen.
Arib uitte haar woede woensdagavond op Twitter. Ze noemde het onderzoek "de lelijkste kant van de politiek", en zei tegenover de NOS en De Telegraaf dat zij door Bergkamp "voor de bus is gegooid". "Maar die aantijgingen werp ik verre van mij", aldus Bergkamp. Ze wijst erop dat het hele presidium, waarvan ook PvdA-Kamerlid Henk Nijboer deel uitmaakt, met het onderzoek heeft ingestemd.