Oud-turnsters die in de problemen zitten door grensoverschrijdend gedrag van hun vroegere trainers, moeten snel en goed worden geholpen, vindt GroenLinks. De oppositiepartij pleit maandag voor de oprichting van een schadefonds. Ook moet er psychische hulp komen voor de oud-sporters.
Deze zomer kwamen tal van misstanden in de turnwereld aan het licht. Turnsters traden naar buiten met verhalen over trainers die de jonge vrouwen kleineerden, uitscholden, vernederden en zelfs mishandelden. Ook de Tweede Kamer heeft die verhalen recent gehoord, in een gesprek met (oud-)topsporters, sportbonden en deskundigen.
De verhalen hebben GroenLinks-Kamerlid Lisa Westerveld "aangegrepen", zegt zij. In het debat over de begroting van het ministerie van Volksgezondheid, vraagt ze dan ook om "adequate hulp" voor de turnsters, die tot nu toe vaak uitblijft. Ook andere sporters moeten hiervoor in aanmerking komen.
"Hier zijn dingen gruwelijk misgegaan. Misstanden zijn te lang op hun beloop gelaten, met veel menselijk leed als gevolg", zegt Westerveld. "Turnsters kampen met lichamelijke en psychische klachten en met andere gevolgen, zoals inkomstenverlies, omdat zij minder of helemaal niet kunnen werken."
GroenLinks wil niet wachten op een lopend onderzoek naar de misstanden. Dat zou tot meer schade leiden bij de oud-turnsters.