Een groot deel van de oppositie in de Tweede Kamer zegt het vertrouwen op in minister-president Mark Rutte. De partijen vinden de reflectie van de premier op zijn eigen rol bij de gaswinning in Groningen tekort schieten, zegt GroenLinks-leider Jesse Klaver, die mede spreekt namens PvdA, SP, BBB, Volt. PVV, JA21, PvdD, Groep-Van Haga en partijloos Kamerlid Pieter Omtzigt.
Klaver zegt dat hij Ruttes reactie wel wilde afwachten na de snoeiharde conclusies van de parlementaire enquêtecommissie. Maar: "mijn fractie is wel geschrokken over de wijze waarop de minister-president terugkeek", zei de GroenLinks-voorman over het moeizame debat op woensdag. Verschillende oppositiepolitici hadden liever gezien dat Rutte de eer aan zichzelf had gehouden. SP-Kamerlid Sandra Beckerman noemt het gezien de situatie en de rol van Rutte zelfs "dood te schamen dat er überhaupt een motie van wantrouwen nodig is".
De motie krijgt geen meerderheid, maar is wel pijnlijk voor Rutte. De PvdA en GroenLinks zijn samen al enige jaren een belangrijke steunpilaar voor de coalitie van VVD, D66, CDA en ChristenUnie, die vaak op het linkse blok rekent om voorstellen aangenomen te krijgen in de Eerste Kamer. Ook in de nieuwe senaat, die volgende week aantreedt, kunnen de PvdA en GroenLinks het kabinet (nipt) aan een meerderheid helpen.
De enige andere route naar een meerderheid in de Eerste Kamer is de BoerBurgerBeweging, die daar dankzij een monsterzege in de provincies in één klap de grootste partij wordt. Maar ook BBB-leider Caroline van der Plas stond onder de motie van wantrouwen. Deze is overigens specifiek gericht als Rutte in zijn hoedanigheid als minister van Algemene Zaken, waarmee de oppositie dus niet het kabinet, maar alleen de premier naar huis wil sturen.
In het debat op 5 april over de uitslag van de provinciale verkiezingen zegden dezelfde partijen al het vertrouwen op in het voltallige kabinet. Toen deden zij dat omdat zij vonden dat de coalitiepartijen te lang de tijd wilden nemen om duidelijkheid te verschaffen over hun stikstofplannen, nadat het CDA had aangegeven daarover opnieuw te willen onderhandelen.