Janny Knol wordt de nieuwe korpschef van de politie. Daarmee volgt zij vanaf 1 maart 2024 Henk van Essen op die sinds 2020 de hoogste baas van de politie is. De ministerraad stemde vrijdag in met de benoeming van Knol. Zij zal de nodige veranderingen binnen de politie-organisatie moeten doorvoeren de komende jaren.
Knol werkt sinds 1990 bij de politie, eerst als agent en later als plaatsvervangend politiechef. Zij is sinds 2022 politiechef van Oost-Nederland.
Op de site van de politie reageert Knol (1969) op haar benoeming. "Ik zet deze stap vanuit mijn blauwe hart", aldus de toekomstige korpschef. Goede samenwerking is een van haar ambities. "Ik wil een korpschef zijn die vooral richting en ruimte geeft aan het vakmanschap van de collega's in de operatie en in de ondersteuning. Ik heb groot vertrouwen in de collega's en zij moeten zich gesterkt voelen om de juiste dingen te doen."
Demissionair justitieminister Dilan Yeşilgöz heeft "er alle vertrouwen in" dat Knol "sturing kan geven aan de grote opgaven van de komende jaren en de ingezette strategie van de politie kan realiseren".
Volgens Van Essen verbindt zijn opvolger "moeiteloos verschillende mensen en perspectieven aan elkaar". "Ik heb er alle vertrouwen in dat het korps met haar het hoofd kan bieden aan de grote uitdagingen van de komende jaren, zoals de digitale transformatie en capaciteitsproblematiek", aldus de binnenkort afzwaaiende korpschef.
Bij de politie is sprake van een flink personeelstekort. Ook blijkt uit onderzoeken dat er een onveilige en verziekte werkcultuur heerst bij sommige eenheden. Vooral de Landelijke Eenheid kwam in opspraak. Drie werknemers maakten een einde aan hun leven na conflicten op de undercoverafdeling, die deel uitmaakt van deze belangrijke eenheid.
Onder meer op verzoek van de Tweede Kamer is onderzoek verricht. De commissie-Schneiders concludeerde vorig jaar dat er al lang een onveilige werkcultuur heerste. Daarop zijn veranderingen in gang gezet maar de Kamer twijfelt of dat goed genoeg gebeurt en blijft er kritisch op. Ook Van Essen kreeg als hoogste baas kritiek vanwege aanhoudende misstanden in de politieorganisatie, waar meer dan 60.000 mensen werken.