Op Schiphol is vorige week donderdag een ernstig incident geweest waarbij twee verkeersvliegtuigen dicht bij elkaar kwamen. Dat meldt de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV), dat een onderzoek instelt naar de zaak. Volgens de OVV maakte een vliegtuig, dat bezig was met de landing op baan 18c (Zwanenburgbaan), op het laatste moment een doorstart. Vlak daarvoor had een ander vliegtuig toestemming gekregen om op te stijgen van de Kaagbaan (baan 24).
De vliegtuigen kwamen daarop dicht bij elkaar, omdat het verlengde van de twee banen elkaar kruisen. De OVV wil verder niets kwijt over het voorval, ook niet of het om een bijna-botsing zou gaan. Een woordvoerster zegt dat onderzoek moet uitwijzen of het incident dat predikaat krijgt.
De twee vliegtuigen konden hun vlucht daarna veilig voortzetten, meldt de Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL). Die onderzoekt het voorval ook, zoals standaard gebeurt bij elk incident, zegt een woordvoerster. Ook wordt het gemeld bij de OVV. Beide instanties zeggen niet uit welke landen de vluchten kwamen en om welke toestellen het gaat.
Onderzoek moet uitwijzen of de procedures goed zijn gevolgd en wat er valt te leren, aldus de LVNL. Niet te zeggen is wat de afstand is geweest tussen de vliegtuigen. Dat wordt volgens de woordvoerster onderzocht.
Tijdens dit incident werd de verkeersleiding niet via de radar, maar vanaf de toren gevoerd. Hierbij geeft de luchtverkeersleider in de verkeerstoren aanwijzingen aan de piloten op basis van wat hij zelf buiten ziet.