Premier Mark Rutte vindt dat hij eerder het gesprek had moeten aangaan met ouders die klem kwamen te zitten in de toeslagenaffaire. Dat heeft hij gezegd tijdens zijn verhoor door een Kamercommissie die dat schandaal onderzoekt.
Rutte ging in januari van dit jaar, op dringend verzoek van de Tweede Kamer, in gesprek met een grote groep gedupeerde ouders. Pas toen kreeg de affaire "echt voor mij een gezicht", zei hij. "Dat vond ik zeer emotioneel." De premier zei destijds al dat hij het tijdens die ontmoeting niet droog had kunnen houden.
Sindsdien is er geen vervolggesprek geweest, antwoordde Rutte op een vraag van commissievoorzitter en CDA-Kamerlid Chris van Dam. Dat had volgens de premier afgelopen zomer moeten gebeuren, maar daar kwam de corona-uitbraak tussen. Op aandringen van Van Dam beloofde Rutte er alsnog werk van te maken.
De urenlange sessie in Rijswijk, samen met minister Wopke Hoekstra (Financiën), volgde kort op het aftreden van staatssecretaris Menno Snel. Die moest het veld ruimen omdat hij het vertrouwen van de Tweede Kamer in zijn aanpak van de toeslagenaffaire had verloren.
Rutte denkt overigens niet dat hij iets anders zou hebben gedaan als hij wel eerder het gesprek met ouders had gevoerd. "Omdat ik vond en vind dat Snel goede dingen deed", aldus de premier. Hij zei het nog altijd "jammer" te vinden dat de bewindsman moest vertrekken.
De premier maakte opnieuw excuses aan de vele duizenden ouders die door de fiscus vals werden beschuldigd van fraude en in diepe financiële ellende werden gestort. Hij sprak een "tragisch ongeluk" en maakte de vergelijking met een bal die een ravijn in rolt, zonder dat iemand een been uitsteekt om de bal tegen te houden.
Op aandringen van de commissie beaamde Rutte dat de fraudejacht "ontspoord" was. Hij erkende ook dat dit mogelijk kwam doordat vanuit het kabinet na een reeks fraudeschandalen veel nadruk werd gelegd op bestrijding van misbruik van belastinggeld.
Ook daarbij stak Rutte de hand een klein stukje in eigen boezem. Hij had "explicieter" moeten aangeven dat dit geen vrijbrief kon zijn om rechten van burgers met voeten te treden. Maar hij vindt wel dat het kabinet zelf voldoende oog had voor de balans tussen fraudebestrijding en de dienstverlening aan burgers.
"Ik schaam me dat het toeslagensysteem nog niet is herzien", zei Rutte verder. In de verhoren werd duidelijk hoe verschillende pogingen om een einde te maken aan de ingewikkelde kinderopvangtoeslag strandden. Het systeem bestaat nog steeds, en zal op zijn vroegst door een nieuw kabinet op de schop worden genomen.