In de coronacrisis zien kiezers VVD-leider Mark Rutte als een garantie voor stabiel bestuur. Andere partijen slagen er ook niet in de ideeënstrijd van de VVD te winnen. Dat is volgens de Volkskrant de conclusie van het grote kiezersonderzoek dat I&O Research heeft uitgevoerd in opdracht van de krant.
Na een jaar dat in het teken stond van de coronacrisis lijkt dat voor veel kiezers toch niet het belangrijkste verkiezingsthema. Het coronabeleid wordt door 21 procent genoemd als een onderwerp waar meer aandacht voor moet zijn. Gezondheidszorg scoort met 33 procent hoger, net als de woningmarkt (28 procent, een verdubbeling vergeleken met vier jaar geleden) en duurzaamheid (27 procent), aldus het onderzoek. De interesse voor de specifieke thema's is echter wel kleiner. Vier jaar geleden vond bijvoorbeeld 54 procent nog dat gezondheidszorg meer aandacht verdiende.
Volgens onderzoeker Peter Kanne is dat een teken dat de pandemie toch een overheersende rol speelt. "De coronacrisis ligt als een versluierende deken over alle thema’s heen. Het gaat de kiezers niet per se om de aanpak van de coronacrisis. Het gaat ze om de vraag aan wie ze het leiderschap in deze crisis toevertrouwen".
In de peiling is de VVD met 43 zetels ruim twee keer zo groot als CDA en PVV, die 19 zetels scoren. Daarna schommelt een groepje van D66, GroenLinks, PvdA en SP rond de 12 zetels.
Rutte speelt een doorslaggevende rol. Voor mensen die op de VVD stemmen, is hij een belangrijker factor dan de standpunten van de partij. Rutte profiteert daarbij van de coronacrisis. Mensen die ‘stabiel bestuur’ willen, kiezen vaak voor hem. De VVD is zo uitgegroeid tot een volkspartij, constateert onderzoeker Peter Kanne. "Van jong tot oud, mannen en vrouwen, van oost tot west, in de stad en op het platteland, de VVD haalt stemmen in alle lagen van de bevolking."