Na de Tweede Kamer is donderdag het kabinet aan de beurt tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen. Premier Mark Rutte zal ingaan op de vragen en wensen die de partijen een dag eerder aan het kabinet hebben gesteld over de begroting van volgend jaar.
Het kabinet zal de oppositie op de een of andere manier de hand moeten reiken, want het heeft in de Tweede noch de Eerste Kamer een meerderheid. Het heeft de steun van de oppositie nodig om zijn begroting voor volgend jaar aangenomen te krijgen.
Op de eerste dag van het debat kwamen een aantal zaken steeds terug. De oppositiepartijen willen dat er iets aan de huurverhoging wordt gedaan. Op Prinsjesdag is het kabinet ze al deels tegemoet gekomen. De regeringspartijen hebben al aangegeven nog wel een keer naar de huren te willen kijken.
Ook de zorg is een terugkerend onderwerp. Bijna de hele oppositie wil een structurele loonsverhoging voor zorgmedewerkers. Het kabinet heeft zich tot dusver daar steeds tegen gekeerd. Wel komt er een commissie die gaat studeren op structurele problemen in de zorg waaronder de salarissen.
Een ander pijnpunt voor de oppositie is het investeringsaftrek voor het bedrijfsleven. Dat plan is tot ergernis van de oppositiepartijen nog niet uitgewerkt. Het gaat om 2 miljard euro en de oppositie ziet het als goedmakertje voor het bedrijfsleven omdat de winstbelasting voor grote bedrijven niet omlaag gaat. Dat geld zou veel beter naar de zorg kunnen gaan, betoogde SP-fractievoorzitter Lilian Marijnissen woensdag.