In de extra beveiligde rechtszaal op Schiphol begint het gerechtshof Amsterdam maandag aan het hoger beroep rond de geruchtmakende martelcontainer in Wouwse Plantage. Acht verdachten staan terecht.
Hoofdverdachte is de 51-jarige Roger P., alias Piet Costa. Onder zijn regie zou in Wouwse Plantage (West-Brabant) een cellencomplex van zes zeecontainers zijn gebouwd. Een zevende container was ingericht als martelkamer, voorzien van onder meer een oude tandartsstoel waarop slachtoffers konden worden vastgebonden. In het complex werd een waar arsenaal aan martelgereedschappen gevonden.
In een loods in Rotterdam had de vermoedelijke bende een paar snelle auto's gestald, die zouden worden gebruikt voor ontvoeringen. Ook zijn er wapens en politie-uniformen gevonden.
Het geheel zou zijn bedoeld om criminele rivalen of vijanden te ontvoeren, gevangen te zetten en te martelen. De internationale cocaïnehandel zou het decor hebben gevormd van de even bizarre als griezelige criminele onderneming.
Het project kwam aan het licht dankzij de justitiële hack van cryptoservice Encrochat. Deze onderschepte berichten vormen een belangrijk deel van het bewijs. Door de hack kon de politie de gangen van de verdachten geruime tijd volgen. Op 22 juni 2020 greep zij in, toen de verdachten volgens het Openbaar Ministerie op het punt stonden een eerste slachtoffer in hun onderwereldgevangenis te plaatsen.
De rechtbank legde de verdachten celstraffen tot negen jaar op. 'Piet Costa' kreeg 33 maanden, omdat de rechtbank destijds rekening moest houden met de vijftien jaar cel die hij kort daarvoor voor een grote drugszaak opgelegd had gekregen.
Het hof heeft minimaal zes dagen uitgetrokken voor de zaak.