Beurs Amsterdam sluit licht hoger

Foto: ANP

De aandelenbeurs in Amsterdam is donderdag met een kleine plus gesloten. Op de beurzen elders in Europa waren vooral verliezen te zien. Het sentiment kwam onder druk te staan nadat president Donald Trump zei dat China teleurstelde door geen Amerikaanse landbouwproducten te kopen, terwijl dit volgens hem wel was beloofd door Peking. Hierdoor staken de handelszorgen opnieuw de kop op.

De AEX-index op Beursplein 5 eindigde 0,3 procent hoger op 566,99 punten. De MidKap klom 0,5 procent tot 794,76 punten. De beursgraadmeters in Frankfurt, Parijs en Londen verloren 0,3 procent.

Koploper bij de hoofdfondsen op het Damrak was betalingsverwerker Adyen met een winst van 3,7 procent. Staalbedrijf ArcelorMittal sloot de rij met een verlies van 1,6 procent. In de MidKap stond baggeraar en maritiem dienstverlener Boskalis bovenaan met een plus van 1,8 procent. Roestvrijstaalbedrijf Aperam was de grootste daler met een min van 0,8 procent.

Bij de kleinere bedrijven op het Damrak dikte Sif 1,8 procent aan. De funderingsspecialist gaat 114 zogeheten monopiles produceren voor het nieuwe windpark van energieconcern Vattenfall voor de Nederlandse kust. Value8 klom 2,6 procent op de lokale markt. De investeerder boekte in de eerste jaarhelft fors meer winst mede dankzij de verkoop van Eetgemak aan Gilde Healthcare.

RB, beter bekend als Reckitt Benckiser, won 2,5 procent in Londen na een schikking van 1,4 miljard dollar met de Amerikaanse justitie. Een voormalige farmadivisie van het Britse concern wordt ervan beschuldigd gezondheidszorgorganisaties te hebben misleid over een middel tegen pijnstillerverslaving. De voormalige dochteronderneming Indivior, waar het onderzoek om draait, steeg bijna 8 procent.

In Zürich verloor Swiss Re 0,1 procent. De Zwitserse herverzekeraar bevestigde dat de beursgang van zijn Britse onderdeel ReAssure Group niet doorgaat. Door een tegenvallende vraag van investeerders en lastige marktomstandigheden trekt de onderneming voor nu de stekker uit het plan.

De euro was 1,1258 dollar waard, tegen 1,1262 dollar een dag eerder. De prijs van een vat Amerikaanse olie steeg 0,6 procent tot 60,79 dollar. Brentolie werd 0,1 procent duurder op 67,06 dollar per vat.