Horecabedrijven en winkels hebben vanwege de coronapandemie recht op huurkorting. Dat heeft de Hoge Raad vrijdag beslist na vragen over de kwestie door de rechtbank Roermond. Volgens de hoogste rechtsprekende instantie is er sprake van onvoorziene omstandigheden als bedrijven door de coronamaatregelen worden geraakt.
Bij het aangaan van een huurcontract voor 15 maart 2020 vorig jaar konden ondernemers de impact van de crisis niet bevroeden. De rechter kan om die reden huurovereenkomsten aanpassen door de huurprijs te verminderen voor de periode van het omzetverlies doordat winkels of restaurants op slot moesten. Voor huurovereenkomsten die na 15 maart ondertekend werden, zou per geval bekeken moeten worden of er recht op korting is.
De uitbraak van het coronavirus heeft sinds het voorjaar van 2020 verstrekkende gevolgen. Verschillende branches zoals horeca en winkels werden verplicht hun deuren te sluiten of werden beperkt in hun openingstijden. Ook konden door de 1,5 metermaatregel minder mensen tegelijkertijd in een winkel of een horecazaak naar binnen, wat aan de omzet raakte.
De crisis riep vragen op in de huursector. Dan ging het met name om de vraag of huurders een huurkorting konden afdwingen. En zo ja, hoe die korting dan moet worden berekend. In een zaak tussen een verhuurder en een huurder van een horecagelegenheid heeft de kantonrechter in Roermond de Hoge Raad om uitleg gevraagd. Die kan de beslissing nu meenemen in de kwestie over de huurkorting. De uitspraak van donderdag heeft naar verwachting ook impact op de huidige lockdown.