Hongarije dreigt een stokje te steken voor een akkoord over een EU-minimumtarief winstbelasting voor grote multinationals. Net nu Polen na maanden zijn verzet tegen de daarvoor bestemde EU-richtlijn lijkt te staken, werpt Boedapest ineens allerlei bezwaren op. Met de invoering van het beoogde minimumtarief van 15 procent moeten alle 27 lidstaten instemmen.
De EU-ministers van Financiën zouden naar verwachting vrijdag in Luxemburg een akkoord sluiten na signalen dat Polen zijn veto intrekt. Volgens ingewijden geeft minister Magdalena Rzeczkowska groen licht omdat de Europese Commissie het Poolse coronaherstelplan heeft goedgekeurd, een jaar nadat Warschau het indiende. Daardoor krijgt het land in principe toegang tot 36 miljard euro aan subsidies en leningen.
Maar nu dreigen de Hongaren met een blokkade. Volgens de Franse voorzitter van de raadsvergadering, minister Bruno Le Maire, wordt sinds vrijdagochtend achter de schermen stevig onderhandeld om Boedapest, dat overigens ook nog op goedkeuring van zijn coronaherstelplan wacht, over de streep te trekken. "Ik geef dit niet op", zei hij voor de vergadering begon.
Minister Sigrid Kaag zei bij aankomst niet te willen speculeren over de gang van zaken, "maar het is wel opmerkelijk". Nederland is voor een akkoord. "Het is erg belangrijk dat we zo snel mogelijk voortgang boeken. Dit is te belangrijk voor ons allemaal."
De beoogde Europese richtlijn is gebaseerd op een akkoord tussen bijna 140 landen over een grootscheepse hervorming van het internationale belastingstelsel, met als doel belastingontwijking en -ontduiking tegen te gaan. Daarin is opgenomen dat multinationals met een jaaromzet van 750 miljoen euro of meer nergens ter wereld minder dan 15 procent belasting mogen betalen. De multinationals moeten gaan betalen in de landen waar hun klanten zitten, en niet alleen in het land waar de hoofdvestiging staat.