De Amerikaanse chipmaker Intel heeft alle verwijzingen naar Xinjiang verwijderd uit een jaarlijkse brief aan leveranciers. In de brief van 23 december, die op de website van het bedrijf werd gepubliceerd, stond dat Intel "verplicht was om ervoor te zorgen dat zijn toeleveringsketen geen gebruik maakt van arbeid of goederen of diensten uit de Xinjiang-regio" als gevolg van beperkingen die zijn opgelegd door "meerdere regeringen".
De brief leidde tot een stroom van kritiek in China met oproepen tot een boycot van de producten van het bedrijf. Intel heeft nu alle verwijzingen naar Xinjiang of China in de brief verwijderd. In de brief staat nu dat het bedrijf "elke mensenhandel of onvrijwillige arbeid zoals dwangarbeid, schuldgebonden arbeid, gevangenisarbeid of slavenarbeid in zijn toeleveringsketens verbiedt".
Volgens VN-experts en mensenrechtenorganisaties worden meer dan een miljoen mensen, voornamelijk Oeigoeren en leden van andere moslimminderheden, vastgehouden in kampen in de uiterst westelijke regio van Xinjiang. China ontkent de misstanden in Xinjiang en zegt dat het beleid daar extremisme helpt bestrijden.
Intel verontschuldigde zich vorige maand al voor de "problemen" die het had veroorzaakt en zei dat de boodschap om toeleveringsketens uit Xinjiang te vermijden een uitdrukking was van naleving van de Amerikaanse wet, in plaats van een verklaring van het bedrijf zelf over de kwestie. Deze verontschuldiging leidde weer tot kritiek op Intel in de Verenigde Staten.
Washington beschuldigt China van genocide tegen de Oeigoerse moslimminderheid in Xinjiang en het Amerikaanse Congres heeft onlangs een wetsvoorstel goedgekeurd dat de import van producten uit de regio aan banden legt. Bedrijven die producten uit die regio naar de VS willen verschepen moeten kunnen aantonen dat er geen sprake is geweest van dwangarbeid bij de productie.
Intel is niet het enige bedrijf dat worstelt met de situatie in Xinjiang. De fabrikant van elektrische auto's Tesla kreeg kritiek vanuit de VS voor het openen van een showroom in de regio en kledingketen H&M kwam onder vuur te liggen in China nadat het bedrijf zijn werkzaamheden had aangepast vanwege de situatie in Xinjiang.