Het aandeel Snap was woensdag op Wall Street een opvallende winnaar. De onderneming achter de populaire app Snapchat kondigde een grootscheepse reorganisatie aan. Daarbij verliest een op de vijf medewerkers zijn baan. Beleggers konden die ingreep wel waarderen. Het aandeel Snap steeg bijna 9 procent.
Snap waarschuwde recent nog dat bedrijven hun budgetten voor advertenties verlagen, vanwege algehele economische onzekerheid. Daardoor bleef de omzetgroei met 8 procent ver achter bij de aanvankelijke aannames. Het bedrijf ziet ook twee belangrijke leidinggevenden vertrekken naar streamingdienst Netflix.
Computermaker HP behoorde tot de grootste dalers in New York. HP raakte bijna 8 procent kwijt na tegenvallende omzet in het afgelopen kwartaal. HP heeft net als andere verkopers van elektronica last van de hoge inflatie, waardoor consumenten minder geld uitgeven aan laptops, computers en beeldschermen.
Beleggers verwerkten ook nog nieuwe gegevens over de arbeidsmarkt. Volgens salarisstrookverwerker ADP zijn er in het Amerikaanse bedrijfsleven in augustus minder banen bijgekomen in vergelijking met een maand eerder. Cijfers over de werkgelegenheid spelen een belangrijke rol bij het rentebesluit van de Federal Reserve. Een sterke arbeidsmarkt geeft de Fed meer ruimte om de rente stevig te verhogen in de strijd tegen inflatie.
De graadmeters op Wall Street sloten op de laatste dag van augustus weer met verlies. De Dow-Jonesindex eindigde 0,9 procent lager, op 31.510,43 punten. De brede S&P 500 zakte 0,8 procent tot 3955,00 punten en techbeurs Nasdaq verloor 0,6 procent tot 11.816,20 punten.
Bed Bath & Beyond zag dik 21 procent aan beurswaarde verdampen na een update van zijn strategie. De geplaagde verkoper van huishoudelijke artikelen liet weten een lening te hebben gekregen van kredietverstrekker Sixth Street Partners. Ook wil het bedrijf een aantal vestigingen sluiten en werknemers ontslaan. Beleggers schrokken vooral van het nieuws dat het bedrijf een niet nader genoemd aantal nieuwe aandelen wil uitgeven om geld op te halen.
Verder verloor chipfonds Qualcomm 1,6 procent. De Britse chipontwikkelaar Arm klaagt zijn Amerikaanse branchegenoot aan vanwege contractbreuk en inbreuk op handelsmerken.
De olieprijzen zakten verder weg. Een vat Amerikaanse olie werd 2,9 procent goedkoper op 89,00 dollar per vat. Brentolie kostte 2,8 procent minder op 96,49 dollar. De euro was bij de slotbel 1,0047 dollar waard.