Door het massale thuiswerken tijdens de coronacrisis zijn er veel meer Nederlanders die vrijwel nooit iemand tegenkomen tijdens hun werk. Een op de vijf werknemers had eind vorig jaar hooguit één keer per dag een werkgerelateerde ontmoeting met iemand anders, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Dit laatste was bij een eerdere peiling in 2018 slechts bij een tiende van de werknemers het geval.
Wanneer specifiek naar de thuiswerkers wordt gekeken, dan gaf vorig jaar ruim 70 procent aan nooit of maximaal één keer per werkdag collega's, patiënten, klanten of leerlingen te ontmoeten. Vooral bij financiële instellingen en bij bedrijven uit de informatie- en communicatiesector zijn er flink meer werknemers bij gekomen die onder werktijd amper nog anderen zien.
Het CBS merkt op dat de afname aan persoonlijke ontmoetingen wel opgevangen zou kunnen worden door extra in te zetten op telefonisch of digitaal contact. Maar over de gehele linie bleef de mate van telefonisch en digitaal contact vrijwel gelijk aan voor de crisis.
Dit alles heeft ook zijn weerslag op de verbondenheid die werknemers voelen bij hun werk. Bij mensen die tijdens het werk vrijwel geen collega’s, patiënten, klanten of leerlingen zien, is dat gevoel gemiddeld iets minder sterk aanwezig. Ook zijn ze door de bank genomen iets minder tevreden met hun werk, komt naar voren uit het onderzoek. Dat laatste geldt alleen niet voor werknemers voor wie het al langer normaal is om vanuit huis te werken.
Het CBS deed de peiling samen met onderzoeksbureau TNO. In totaal zijn er circa 58.000 mensen ondervraagd.