Duitsers lijken dit jaar minder happig op asperges. Consumenten laten de doorgaans prijzige voorjaarsdelicatesse vaker links liggen vanwege de sterk gestegen inflatie. Ze kiezen ervoor hun euro's voor andere doeleinden te gebruiken. Landbouwmarktonderzoeksbureau AMI spreekt van duidelijk mindere verkopen. Een soortgelijke trend meldt de Duitse vereniging voor consumentenonderzoek (GfK).
Het aspergeseizoen, of Spargelzeit zoals de Duitsers het noemen, loopt van medio april tot en met juni. De groente wordt in de Duitse keuken veelal samen met schnitzel, worst en gebakken aardappelen geserveerd. "Veel mensen letten op waar ze geld aan uitgeven en wat er overblijft nadat ze hun benzinetank hebben volgetankt", aldus Claudio Gläßer van AMI. "Ook kijken consumenten naar wat ze opzij moeten zetten voor hogere rekeningen in de toekomst."
De mindere vraag raakt momenteel wel aan de prijzen, al is de groente nog altijd kostbaar. In de afgelopen week bedroeg de gemiddelde prijs voor witte asperges van Duitse teelt 7,06 euro per kilo, aldus Gläßer. Daarmee zijn de prijzen 12 procent lager dan gemiddeld.
Bijkomend probleem voor telers is de invoering van een minimumloon van 12 euro per uur in Duitsland. Daarmee verslechtert de concurrentiepositie van Duitse aspergetelers ten opzichte van concurrenten in Spanje of Italië, zo klinkt het. De vrees is dat steeds meer Duitse kwekers zullen stoppen of minder teelt zullen opzetten, omdat ze niet uit de kosten komen.
Ook Nederlandse telers merkten eerder al de mindere Duitse interesse in asperges. De mindere vraag naar Nederlandse asperges in Duitsland zou ook te maken hebben met de concurrentie van producten uit Zuid-Europese landen.