In oktober zijn opnieuw veel minder nieuwe personenauto's op kenteken gezet in Europa dan een jaar eerder. Dat gebeurt al voor de vierde maand op rij, meldt autobranchevereniging ACEA, die het wereldwijde chiptekort als een van de oorzaken aanwijst. Over de eerste tien maanden van dit jaar liggen de registraties nog wel licht boven die van vorig jaar.
In totaal werden er vorige maand 665.001 nieuwe auto's verkocht in de Europese Unie. Dat is het laagste aantal sinds ACEA begon met het bijhouden van de cijfers. Ten opzichte van een jaar eerder werden er ruim 30 procent minder auto's op kenteken gezet. De grote markten Italië, Duitsland en Frankrijk trokken het gemiddelde naar beneden. In Nederland werden 23,7 procent minder auto's verkocht.
Over de eerste tien maanden van het jaar gemeten gaan de zaken in 2021 nog wel beter dan in coronajaar 2020. Eerder in het jaar was er namelijk sprake van inhaalverkopen nadat de autoverkopen in 2020 ver waren weggezakt. Tot en met oktober liggen de personenautoverkopen in de EU 2,2 procent voor op die van vorig jaar.
Hier is Duitsland van de grote automarkten duidelijk een uitschieter naar beneden. In het land van VW, BMW en Mercedes-Benz werden ruim 5 procent minder auto's verkocht dan in de eerste tien maanden van 2020. Ook in Nederland verkochten auto's vorig jaar beter dan dit jaar.
In oktober was Stellantis het grootste autobedrijf in de EU met een marktaandeel van 22,2 procent. Daarmee haalde het concern achter onder meer Peugeot, Fiat en Citroën de Volkswagen Groep in. Vooral van het automerk Volkswagen werden aanzienlijk minder auto's verkocht. Over de eerste tien maanden van dit jaar is Volkswagen Groep, het moederbedrijf van behalve VW ook onder meer Skoda, Seat en Audi, nog wel het grootst.