Hernieuwde rentevrees maakt Amerikaanse beleggers voorzichtig. Daardoor zijn de belangrijkste beursgraadmeters op Wall Street woensdag met verliezen de handel uitgegaan. Netflix was wel een grote winnaar. De streamingdienst kreeg er in het afgelopen kwartaal veel meer abonnees bij dan kenners hadden verwacht en werd door beleggers meer dan 13 procent hoger gezet.
Het optimisme over de meevallende kwartaalcijfers van bedrijven lijkt weer plaats te maken voor de zorgen over de hoge inflatie. Beleggers vrezen dat de centrale banken wereldwijd de rentes stevig zullen blijven verhogen om de aanhoudende stijging van de consumentenprijzen onder controle te krijgen.
De baas van de Federal Reserve in Minneapolis gaf aan dat de Amerikaanse centralebankenkoepel ergens volgend jaar mogelijk wel kan stoppen met het opvoeren van de rente. Maar nu zou hij nog geen bewijs zien dat hem het gevoel geeft dat het tempo van de prijsstijgingen aan het normaliseren is.
Op basis van het Beige Book, een rapport van de Fed over de stand van de economie, lijkt er ook nog steeds ruimte te zijn voor de beleidsmakers in Washington om de rente stevig verder op te voeren. De Dow-Jonesindex sloot uiteindelijk 0,3 procent lager op 30.423,81 punten. De brede S&P 500 zakte 0,7 procent tot 3695,16 punten en techgraadmeter Nasdaq verloor 0,9 procent tot 10.680,51 punten.
Dat de koerssprong van Netflix zo groot uitpakte, komt omdat beleggers erg opgelucht reageerden. Netflix kampte in de twee voorgaande kwartalen juist nog met een krimp van het aantal abonnees. Ook de omzet en de winst vielen hoger uit dan analisten en beleggers hadden verwacht. Analisten van JPMorgan verhoogden het advies voor Netflix.
Procter & Gamble steeg verder circa 1 procent. Het levensmiddelenconcern, bekend van merken als Pampers, Gillette en Ariel, boekte afgelopen kwartaal meer omzet en winst dan analisten hadden verwacht, mede dankzij prijsverhogingen. United Airlines ging op zijn beurt 5 procent omhoog. De luchtvaartmaatschappij deed afgelopen kwartaal goede zaken dankzij het sterke herstel van de vraag naar vliegreizen na de reisbeperkingen tijdens de coronapandemie. Ook over de resultaten in het huidige kwartaal is het bedrijf optimistisch.
De euro was 0,9772 dollar waard, tegen 0,9784 dollar bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag. Een vat Amerikaanse olie kostte 3,6 procent meer op 85,81 dollar. Brentolie werd 2,5 procent duurder op 92,29 dollar per vat.