Verlichtingsbedrijf Signify schrapt de komende tijd meer dan 700 banen, waarvan 250 in Nederland. Volgens de voormalige lampendivisie van Philips duurt het waarschijnlijk nog een hele tijd om de klap van de coronacrisis te boven te komen. Daarom is structureel ingrijpen nodig.
Er zullen vooral ondersteunende functies verloren gaan, bijvoorbeeld banen op personeelszaken. In Nederland treft de reorganisatie daardoor het hoofdkantoor in Eindhoven en de vestiging in Amsterdam. Ook zullen er plekken op de onderzoeksafdeling worden geschrapt. Het Eindhovens Dagblad heeft becijferd dat er in het Nederlandse deel van Signify bijna 10 procent van de arbeidsplaatsen verdwijnt.
Signify heeft tevens besloten om in de Amerikaanse staat Mississippi een fabriek te sluiten. Daardoor verliezen circa 135 medewerkers hun baan. Wereldwijd heeft het bedrijf ongeveer 37.000 mensen in dienst. Het tempo waarin de reorganisatie doorgevoerd wordt, kan van land tot land verschillen. De onderneming gaat nog met vakbonden en ondernemingsraden in gesprek over de details.
De aankondiging van Signify ligt gevoelig omdat de beursgenoteerde onderneming onlangs nog bekendmaakte 170 miljoen euro uit te trekken voor een bijzonder dividend voor de aandeelhouders. Ook werd toen bekend dat het personeel zijn in het voorjaar geleverde coronabijdrage terugkrijgt. Destijds besloot een groot deel van de werknemers vrijwillig een vijfde minder te gaan werken en ook een vijfde minder loon te ontvangen. Maar Signify presteerde in 2020 uiteindelijk goed genoeg om die bijdrage weer terug te geven.
Een woordvoerder benadrukt dat deze reorganisatie los gezien moet worden van de resultaten over 2020. Het bedrijf is tot de conclusie gekomen dat de coronacrisis nog veel langer voor verslechterde marktomstandigheden zal zorgen. Waarschijnlijk lukt het pas om 2023 om weer op het niveau van voor de crisis te komen. Om toch concurrerend te blijven ten opzichte van branchegenoten, moeten de kosten worden verlaagd.