Het was toen Mia Wessels, medeoprichtster van De Jonge Dokter, coschappen ging lopen in een ziekenhuis dat ze merkte dat mensen veranderden zodra ze aan het werk gingen. Wat is hier aan de hand, dacht ze. Ze raakte al snel gefascineerd door de ziekenhuis cultuur. “Onder collega’s lijkt er soms veel pijn en onverwerkt verdriet te bestaan en blijft er veel onuitgesproken. Veel mensen kampen met burn-out klachten. Wat kan ik doen om dit te veranderen?”
Het valt Mia op dat veel collega’s een masker lijken op te zetten. “Er is iets waar ze zich tegen beschermen en waar ze zich groot voor houden. Dat heeft te maken met de intensiteit van het vak, maar dit komt ook door de interne cultuur binnen ziekenhuizen. Als je coschappen loopt, ben je voornamelijk bezig met laten zien dat je het kan. Als een operatie langer duurt en je bent moe, blijf je. Je wilt toch chirurg worden? Je bent je continu aan het aanpassen.”
Het Foutenfestival
Mia ontmoette tijdens haar studie een kinderarts, die ook haar mentor werd. “Hij kon horen wat ik zei over de interne cultuur en stimuleerde mij om hier iets mee te gaan doen. Ik heb veel gesprekken gehad met hem over de cultuur en ook met mensen die met de zorg te maken hebben. Ik wil uitspreken wat niet uitgesproken wordt. Zodoende kwam ons idee voor een foutenfestival.”
Samen met Wouter van Dijk heeft Mia een jaar geleden stichting De Jonge Dokter opgericht, waarmee ze jonge dokters willen verbinden en hen willen stimuleren om aan hun persoonlijke ontwikkeling te werken door werkgroepen, cursussen en coaching aan te bieden. “Er is veel eenzaamheid onder jonge dokters. Daarnaast willen we met de stichting taboes doorbreken en organiseren we events als Het Foutenfestival. Hier leren jonge dokters te praten over hun fouten. Het gaat tijdens het festival niet om de medisch inhoudelijke kant van de fout, maar over wat een (potentiële) fout met je doet. Als je een ander schade hebt aangedaan, doet dat iets met je. In het ziekenhuis weten we niet altijd hoe we elkaar hiermee kunnen helpen.”
“Meteen zeggen dat je niet in het ziekenhuis wilt werken is onhandig”
Een van de taboes die Mia graag wil doorbreken is de overtuiging dat medisch specialist worden in een ziekenhuis het hoogst haalbare is voor studenten geneeskunde. “Een vriendin van mij had onlangs op een afdeling waar ze zes weken coschappen liep, gezegd dat ze graag huisarts wil worden. Dat is meegenomen in haar beoordeling. Daar is ze echt kapot van geweest. Er wordt gezegd dat het niet uitmaakt wat je wilt worden, maar het zit wel degelijk in de cultuur. Meteen zeggen dat je niet in het ziekenhuis wilt werken is onhandig.”
“Vroeger was huisarts worden een plan B, waarmee je zei: ik stap uit de race. Dat is wel al veranderd. Aan de ene kant lijken sommige studenten fanatieker dan ooit. Daarnaast zijn er ook studenten die tijdens hun studie al weten dat ze geen arts willen worden. Daar wordt met verschillende ogen naar gekeken.”
Er is volgens Mia meer openheid en menselijkheid nodig in ziekenhuizen. “Het menselijke aspect is juist waarom veel mensen willen werken in de zorg. Toch is het in de praktijk onderbelicht. Het is best pittig en er is veel perfectionisme. Er mag een gezonde marketing voor zelfzorg komen die zegt: je moet goed voor jezelf zorgen om je vak goed uit te oefenen. Ik loop nu zelf coschappen bij de afdeling cardiothoracale chirurgie waardoor ik structureel niet genoeg slaap. Ik wil graag zorgen en zet anderen op nummer één. We mogen veel meer de vraag stellen: wat heb ik als mens nodig om in dit werk gelukkig te zijn?”
Gesprekken met patiënten
De reden dat Mia dit werk doet, zijn de gesprekken die ze heeft met patiënten. "Die zijn heel echt. Dat is een echtheid die ik in het dagelijkse leven weinig tegenkom. Als je ziek bent, valt een groot deel van je identiteit weg. Als zorgverlener mag je hierdoor heel dichtbij komen. Doordat ik coassistent ben, heb ik veel tijd om bij de bedden van patiënten te zitten. Dat verandert straks, omdat de werkload omhooggaat. Menselijk contact is voor mij de essentie van dit vak.”
Het afgelopen jaar hebben Mia en haar veertien collega’s van De Jonge Dokter erg hard gewerkt om een basis op te zetten voor de stichting. “We organiseren op 29 juni een iHealth congres. Dat gaat over onze eigen zorg als jonge dokters en hoe we technologie kunnen inzetten om de werkdruk te verlagen. Voor mij bestaat de zorg uit de mensen die erin werken en daar gaat het niet altijd even goed mee. Zij kunnen de essentie van hun vak niet uitoefenen.”