In het Rijksmuseum in Amsterdam is de volgende fase ingegaan van 'Operatie Nachtwacht'. Het beroemde schilderij van Rembrandt wordt losgehaald van zijn houten spieraam uit 1975. Dan wordt het opnieuw opgespannen op een aluminium spanraam. Dat gebeurt door middel van springveren, die aan sensoren zijn verbonden. Zo kan de spanning in het schilderij worden gemeten en eventueel bijgesteld.
De behandeling is nodig omdat er rimpelingen in het doek zitten, vooral in de linkerbovenhoek. Dat betekent dat de spanning nu niet gelijkmatig is verdeeld. Directeur Taco Dibbits vindt het een spannend moment: "Voor het eerst in bijna vijftig jaar ligt De Nachtwacht plat op zijn buik. Nu pas valt op hoe groot het doek is."
De hele operatie, die woensdag begon met het loswippen van de spijkertjes waarmee De Nachtwacht op het spieraam is genageld, vindt plaats in de speciale glazen ruimte in het eregalerij. Het publiek kan daar alles zien gebeuren, alleen niet op dit moment: de musea zijn nog dicht in verband met corona.
Het opnieuw opspannen zal twee à drie maanden in beslag nemen. Daarna wordt bekend hoe het vervolg van de Operatie Nachtwacht eruit gaat zien. Daarvoor moeten verschillende beslissingen worden genomen, niet alleen op technisch gebied maar ook op ethisch gebied, legt een woordvoerder van het museum uit: "De vraag is hoe ver je gaat met het opknappen van het schilderij. Het mag geen geschiedvervalsing worden." Het museum heeft de keus tussen structureel behandelen of volledige restauratie, inclusief verwijderen van vernis, retoucheren en opnieuw vernissen.
Operatie Nachtwacht begon in 2019. Het project moet inzichten opleveren hoe Rembrandts meesterwerk uit 1642 het best kan worden behouden voor de toekomst.
Op 3 januari zette het Rijksmuseum een nieuwe foto van De Nachtwacht online, die zo gedetailleerd is dat zelfs het allerkleinste detail te zien is. Dat is vooral voor onderzoeksdoeleinden, maar ook het publiek is er zeer in geïnteresseerd. Op de eerste dag waren er al 85.000 kijkers online.