Het combineren van werk en gezin is praktisch onmogelijk, zo blijkt uit recent Europees onderzoek van Sitly. Hoe doen vrouwen dit met een topfunctie? Daar wordt vaak van gezegd dat ze te ambitieus en hard zijn en te weinig op het schoolplein staan. Kan je het als vrouw ooit goed doen? Vrouw Nieuws ging op onderzoek en sprak CTO (Chief Technical Officer) en MT lid Marieke Saeij (42) van Onguard. Ze heeft een meer dan fulltime baan en is moeder van twee dochters (12 en 15 jaar) en baasje van een hond.
“In mijn werk ben ik verantwoordelijk voor 42 mensen en acht producten. Daarnaast ben ik als MT lid verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van het bedrijf. Ik ben een ochtendmens. Ik laat vroeg de hond uit. Mijn kinderen zijn al best wel groot, die regelen veel zelf. Ik ben dus niet bezig met broodtrommels of naar school brengen. We ontbijten altijd keurig aan tafel. Dit doen mijn man en ik al zolang we kinderen hebben. Rond kwart over 8 stap ik in de auto of op de fiets.”
De man van Marieke kookt doordeweeks en ze eten met z’n allen. “Ik ben niet iemand die ’s avonds nog gaat werken, want een gezin runnen is ook een baan. Ik wil dan echt thuis zijn. Ik ervaar de balans tussen mijn werk en gezin niet als lastig. Ik ben er van nature goed in en kan me goed afsluiten. Afstand zorgt voor een vernieuwde blik. Als ik ergens mee worstel, kan ik dat parkeren. De volgende dag kijk ik er anders naar. Het was lastiger toen de kinderen jonger waren, maar ook toen heb ik altijd gedacht: dit is een goed voorbeeld. Mijn man en ik zijn een goed duo, we zijn in balans. Hij is er veel voor de kids en regelt de dingen met school en vindt dat ook fijn.”
“Ik heb twee universitaire studies gedaan en die heb ik niet voor niets gedaan. Ik heb een goed stel hersenen. Ik houd van werken, wil ook graag werken en ik ben iemand die ervan houd om de lead te nemen. Ambitie betekent dat ik altijd kansen gepakt heb in mijn leven, ook als ik bang of onzeker was. Komt het nu wel uit? Dat wist ik niet, maar ik ging er gewoon voor. Dan zie je wel waar het schip strandt. Ambitie is durven te gaan, ook al weet je niet precies waar naartoe. We zijn zelf de stop op de fles in onze ontwikkeling.”
“Je bent automatisch een rolmodel. Ik val toch op in de crowd, zeker binnen mijn vakgebied. Als ik naar congressen ga, zijn er meestal 149 mannen in pak en ik. Ik vind dat wel leuk en wil dan eigenlijk graag mijn sneakers aan doen. Ik geloof in diversiteit. Ik denk dat mensen aan de top de neiging hebben om mensen aan te nemen die op hen lijken. Dat is veilig. Maar je moet juist op zoek gaan naar mensen die anders zijn. Daardoor krijg je een betere blik. Ik neem mensen aan die anders zijn dan ik. Daar leer ik van.”
Op de afdeling van Marieke werken best wel wat vrouwen uit verschillende landen. “Ik laat mensen zien: omarm de verschillen. Als je zelf praat, hoor je niets nieuws, want dat wist je al. Luister naar anderen. Ik coach ook vrouwen. We hebben allemaal weleens gedachtes als ‘heb ik dit wel goed gedaan’ of ‘had ik niet meer zus of zo’. Die heb ik ook, maar zo is het. Ik laat me door die gedachtes niet leiden en heb geaccepteerd dat die er zijn.”
“Daar heb ik geen last van. Ik ben niet bezig met dat ik deze positie heb, dat ik een vrouw ben en dat dit bijzonder is. Binnen mijn werk is dit geen issue. Ik ben gewoon de beste die dit kan, niet omdat ik een vrouw ben. Er wordt weleens gevraagd: hoe doe je het allemaal? Dan zeg ik: “gewoon er voor gaan en erop vertrouwen dat het goed komt.”
“Het is belangrijk voor mij om veel buiten te zijn omdat ik een binnen beroep heb. Vandaar de hond. Ik sport buiten en ik wandel met de hond. Dit geeft voor mij perspectief. Verder ben ik eigenlijk altijd wel een gezond mens geweest. Ik houd van sporten, gezond eten en op tijd slapen. Het allerbelangrijkste is je mentale gezondheid, dus echt je werk kunnen loslaten. Als ik met vakantie ga, doe ik niets met mijn werk of telefoon. Ik heb een leven en dat draait niet alleen om mijn werk.”
“Tuurlijk denk ik weleens: ben ik wel een goede moeder? Maar dit heeft niets met mijn werk te maken, maar meer met de twijfels die alle ouders soms ervaren. Ik vond het moeilijker toen ze jonger waren. Als ik nu op reis ga, dan appen of facetimen we. Mijn vrienden zie ik niet super veel, maar die hebben het ook druk en dat is oké. Ik ben nu 42 en heb meer rust. Als je me tien jaar geleden had geïnterviewd, had ik me wiebeliger gevoeld. Ik weet dat het altijd goed komt. Ik weet niet altijd wat goed is, maar het komt goed.”
“Ik ben trost op de mensen met wie ik werk. Als ik naar mijn team kijk, dan denk ik: wat een leuke club met mensen. Ik ben ook trots op mezelf en mijn carrière. Ik heb een signature en weet waar ik goed in ben. Mensen weten me te vinden, dat is een prettig gevoel. Ook ben ik trots op mijn gezin. Ik moet zeggen dat ik heel gelukkig ben met waar ik nu sta in mijn leven.”