Pascal Eenkhoorn is er net niet in geslaagd de achttiende etappe van de Tour de France te winnen. De Nederlander van Lotto Dstny sprintte met zijn drie medevluchters in Bourg-en-Bresse voor de winst, net voor het aanstormende peloton. De Deen Kasper Asgreen van Soudal Quick-Step bleek net te snel en bezorgde zijn ploeg de eerste ritzege in deze Tour.
De gele leiderstrui bleef zoals verwacht in handen van Jonas Vingegaard. Alleen pech lijkt de Deen van Jumbo-Visma nog van zijn tweede eindzege in de Tour de France te kunnen afhouden.
Vrijdag volgt een rit door de heuvels van de Jura met finish in Poligny. Na nog een lastige bergetappe in de Vogezen eindigt de Tour zondag in Parijs.
De vroege kopgroep telde twee renners van ploegen die hun sprinter al kwijt zijn. Asgreen ging namens Soudal Quick-Step voor zijn kans door het ontbreken van Fabio Jakobsen. De Belg Victor Campenaerts profiteerde van het ontbreken bij Lotto Dstny van de Australische sprinter Caleb Ewan. De Noor Jonas Abrahamsen (Uno-X) completeerde het drietal voorop.
Het leek een kansloze strijd met de sprintersploegen Alpecin-Deceuninck (Jasper Philipsen), Jayco-AlUla (Dylan Groenewegen) en DSM-Firmenich (Sam Welsford) die het tempo in het peloton bepaalden. Het verschil kwam nooit boven de 2 minuten. Op de Côte de Boissieu versnelde Eenkhoorn, ploeggenoot van Campenaerts. Philipsen probeerde de Nederlander om onduidelijke redenen nog tegen te houden maar met hulp van Campenaerts, die zich even liet afzakken, bereikte hij de kopgroep. Het viertal liep weer iets uit, maar veel meer dan 1 minuut werd de marge met het peloton niet.
Maar dichtrijden van het gat was ook weer niet zo eenvoudig. Met minder dan 20 kilometer bedroeg de voorsprong nog steeds 40 seconden. Tien kilometer verder was de marge van het nog steeds maar niet stilvallende viertal nog steeds 24 seconden. Met name Campenaerts, voormalig werelduurrecordhouder, deed het kopwerk met verve. Het viertal mocht gaan sprinten om de winst, al scheelde het niks. Asgreen, in 2021 winnaar van de Ronde van Vlaanderen, was de snelste. Abrahamsen werd derde. Philipsen, als de snelste van het peloton, werd vierde.