Poetin beschuldigt IOC van 'etnische discriminatie'

Vladimir Poetin heeft het Internationaal Olympisch Comité (IOC) beschuldigd van 'etnische discriminatie'. De Russische president doelt daarmee op de mogelijke weigering atleten uit Rusland en bondgenoot Belarus toe te laten op de Olympische Spelen van Parijs komende zomer. Een besluit daarover is nog niet genomen.

"Via enkele topmensen uit het Internationaal Olympisch Comité kwamen we erachter dat een uitnodiging voor de Spelen geen onvoorwaardelijk recht is voor de beste atleten, maar een soort privilege. Je krijgt het niet op basis van sportresultaten, maar door enkele politieke gebaren", zei Poetin op een sportforum in de Russische stad Perm.

"De Spelen zelf kunnen gebruikt worden als een instrument om politieke druk uit te oefenen op mensen die niets met politiek te maken hebben en als een grove - in werkelijkheid - racistische, etnische discriminatie." Poetin voegde eraan toe dat "sommige sportfunctionarissen zichzelf gewoon het recht hebben gegeven om te bepalen wie onder het Olympisch Handvest valt en wie niet".

Poetin zei later dat hij gelooft dat nieuwe sportorganisaties uiteindelijk in de plaats komen van wat hij een bestaand "monopolie" over internationale sport noemde. "Ze zullen zeker het bestaande monopolie van de officials over de internationale sport ondermijnen."

Het IOC schorste vorige week het nationale olympisch comité van Rusland vanwege het schenden van de territoriale integriteit van het Oekraïense lidmaatschap door regionale organisaties in het bezette land te erkennen. Sinds de inval in Oekraïne in februari 2022 zijn bij de meeste sporten Russische en Belarussische atleten niet meer welkom. Bij sommige sporten mogen ze individueel deelnemen onder neutrale vlag.