Schoonspringster Celine van Duijn dacht na haar laatste sprong in de halve eindstrijd dat haar puntentotaal niet toereikend zou zijn voor een plek in de finale van de 10-metertoren. Dat bleek haar totaal van 306,45 wel en daarom staat ze om 08.00 uur Nederlandse tijd in de eindstrijd, waar ze ontspannen naartoe leeft.
"Na mijn laatste sprong zei ik tegen mijn coach Edwin Jongejans: dit is niet genoeg hé? Toen keek hij me verbaasd aan en zei hij dat het wel zo was", zei Van Duijn een kwartier na het bereiken van de eindstrijd. Ze werd in de halve finales tiende en een plek bij de beste twaalf was nodig.
Van Duijn had tijdens de wedstrijd geen flauw idee of ze op schema lag voor een plek in de finale. "Ik krijg niks mee van de stand. Ik weet inmiddels dat ik daar het sterkst mee spring, door puur met mezelf bezig te zijn. Ik heb geen idee waar ik sta", aldus Van Duijn.
"Via de speakers hoor je de scores van anderen globaal voorbijkomen. Maar ik heb een koptelefoon bij me en lees tussen de sprongen door een tijdschriftje, nu heb ik de Linda mee."
De 28-jarige Van Duijn, die vanwege kleine pijntjes nog de fysio gaat bezoeken, verwacht van zichzelf geen wonderen in de finale. "Een medaille gaat me zeker niet lukken, daar spring ik niet goed genoeg voor. Ik ga voor vijf stabiele sprongen, want dat is de sleutel. En of ik nou twaalfde of achtste wordt, maakt me niet uit. Ik denk dat het al een hele prestatie is dat ik in de olympische finale sta."