Enkele dagen na de deadline heeft ook Utrecht een conceptversie van het Provinciaal Programma Landelijk Gebied (PPLG) ingediend bij minister Christianne van der Wal. De provincie zegt zo'n 3,7 miljard euro nodig te hebben om de doelen wat betreft natuur, klimaat, water en stikstof te behalen. Utrecht houdt daarbij wel een bandbreedte aan van 25 procent, wat betekent dat het bedrag ook wat lager of hoger kan uitvallen.
Minister Van der Wal (Natuur en Stikstof) wilde uiterlijk afgelopen zaterdag, 1 juli, van alle provincies hun gebiedsprogramma's binnen hebben. Acht provincies waren op tijd. De andere vier (Utrecht, Zeeland, Gelderland en Noord-Brabant) hadden om uitstel gevraagd en dat ook gekregen. In de meeste gevallen was dat vanwege bestuurswisselingen. Zo werd de coalitieformatie in Utrecht afgelopen weekeinde afgerond. Woensdag presenteerden GroenLinks, VVD, D66, CDA en PvdA hun akkoord.
Mirjam Sterk, de huidige én toekomstige gedeputeerde voor landbouw en natuur, stuurde woensdag ook het PPLG op naar het Rijk. "Je moet dit programma als een ruwe schets zien", aldus Sterk. "We gaan de komende periode verder om met alle partners een brug te slaan tussen de verschillende belanghebbenden in het landelijk gebied. Zodat we samen kunnen werken aan de toekomst."
Het Rijk heeft 24,3 miljard euro gereserveerd in een transitiefonds, waarmee de provincies hun plannen kunnen uitvoeren. De provincies overstijgen met hun wensen dat bedrag echter ruimschoots. Volgens het ministerie moeten ze het gezamenlijk doen met het geld wat nu in het fonds zit. Sterk zegt dat dat niet haalbaar is. "Het geld uit het transitiefonds is een incidentele bijdrage om de natuur te herstellen. Maar voor het duurzaam en langdurig beheer van de natuur zal het Rijk structureel geld moeten vrijmaken."
Het ministerie en de Ecologische Autoriteit beoordelen de komende maanden alle binnengekomen concepten. In het eerste deel van 2024 stellen de provincies hun definitieve programma's vast.