Eerste twee verdachten rellen Rotterdam voor supersnelrechter

Foto: ANP

Bij de rechtbank in Rotterdam vinden woensdagmiddag om 13.30 uur de eerste twee supersnelrechtzittingen plaats met verdachten van de rellen in de Maasstad van afgelopen vrijdag. Het Openbaar Ministerie verdenkt een 29-jarige man uit Delft en een 26-jarige vrouw uit Spijkenisse van openlijke geweldpleging. Zij zouden voorwerpen naar de politie hebben gegooid.

De snelrechtzitting tegen een 21-jarige Rotterdammer gaat niet door. Het Openbaar Ministerie wil zijn zaak voorleggen aan een meervoudige kamer nu “uit nieuwe informatie in het onderzoek is gebleken dat de verdachte zich aan meer strafbare feiten schuldig heeft gemaakt”. Het OM vindt deze feiten zo ernstig dat de zaak aan drie rechters moet worden voorgelegd. De man wordt donderdag voorgeleid aan de rechter-commissaris, die een beslissing neemt over de verlenging van zijn voorarrest.

Een protest tegen het 2G-beleid ontaardde vrijdag op de Rotterdamse Coolsingel in een ware veldslag. De politie verrichtte 49 arrestaties. In het nauw gedreven agenten zagen zich genoodzaakt te schieten, waardoor vier mensen gewond raakten. Eén agent raakte dusdanig gewond dat hij moest worden afgevoerd naar een ziekenhuis. Tal van agenten liepen lichte verwondingen op.

Supersnelrecht hoort bij het lik-op-stuk-beleid van politie en OM. Het wordt zo genoemd als verdachten binnen drie tot zes dagen voor de politierechter worden gebracht.

Dinsdag zijn bij de rechter-commissaris in Rotterdam vier verdachten voorgeleid. Drie van hen blijven voorlopig vastzitten. Het gaat om twee Rotterdammers van 29 en 33 jaar en een 19-jarige man uit Schiedam. De 33-jarige man zou een agent met een ijzeren staaf hebben willen slaan en wordt verdacht van een poging tot doodslag. Het OM verdenkt de andere twee van openlijke geweldpleging. Zij zouden voorwerpen naar de politie hebben gegooid.

Een 29-jarige man uit Dordrecht werd op last van de onderzoeksrechter op vrije voeten gesteld, maar hij blijft wel verdachte. Een achtste verdachte werd eerder al heengezonden. In dit geval is de verdenking opruiing, het onderzoek loopt nog.