EIB: hybride warmtepomp problematisch in drie op de tien woningen

Foto: ANP

Ongeveer drie op de tien Nederlandse woningen zijn niet goed geschikt voor een hybride warmtepomp. Het alternatief voor de pure cv-ketel heeft meer ruimte nodig die in veel woningen simpelweg ontbreekt, zegt directeur Taco van Hoek van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB).

Vanaf 2026 worden huiseigenaren verplicht om bij vervanging van hun cv-installatie een hybride warmtepomp te laten installeren of een duurzaam alternatief, kondigde het kabinet aan. Het doel is om het gasverbruik stevig omlaag te brengen. Een uitzondering gaat gelden voor ongeschikte woningen.

Het EIB deed begin vorig jaar onderzoek naar de geschiktheid van woningen voor een hybride warmtepomp en constateerde toen dat de installatie bij zo’n 70 procent goed mogelijk was. Naast ruimtegebrek binnenshuis, speelt bij de overige 30 procent soms ook mee dat er geen mogelijkheid is om onderdelen van het warmtesysteem buiten te plaatsen. Dat speelt bijvoorbeeld bij grote appartementencomplexen.

“Nu lijken er ontwikkelingen te zijn om daar een oplossing voor te vinden, dus kunnen er in meer woningen hybride warmtepompen komen. Maar er blijft een betekenisvol deel van de woningen over waar het lastig wordt”, zegt Van Hoek.

Personeelsschaarste is volgens het EIB ook een punt van aandacht, maar het kennisinstituut tekent daarbij aan dat installateurs pas aan de slag moeten als ze toch al een cv-ketel moeten vervangen. Van Hoek vraagt zich hardop af of extra regelgeving wel nodig is om Nederland aan hybride warmtepompen te krijgen. “Door de hoge gasprijzen is het aantal hybride pompen sterk toegenomen. Je zou de werking van nieuwe subsidieregelingen en gestegen gasprijzen ook even kunnen aanzien”, zegt Van Hoek. “En als je regelgeving hebt, moet je wel alles regelen. En wanneer is een woning wel of niet geschikt. Het is niet zo zwart-wit, want sommige huizen kun je ervoor aanpassen, maar daar zitten hogere kosten aan. Wanneer geldt dan de verplichting?”